Les 7 - 1MHV - 24/25 - Het Nieuwe Testament en de Griekse taal (WWB2)

Identiteit & Maatschappij                 MHV 1
Het Nieuwe Testament en de Griekse taal (WWB2)
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Identiteit & Maatschappij                 MHV 1
Het Nieuwe Testament en de Griekse taal (WWB2)

Slide 1 - Slide

Terugblik
Waar ging de vorige les over?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Klassikaal lezen

  • Artikel: Wat is het christendom?
    (Ga naar Teams > Bestanden)

Slide 10 - Slide



Maak de volgende vragen in je schrift:

  • Wie is Jezus volgens het christendom en waarom is hij belangrijk?

  • Wat betekent het kruis als symbool voor christenen?

  • Welke invloed heeft het christendom nog steeds op de Nederlandse cultuur?

Slide 11 - Slide

Wie is Jezus volgens het christendom en waarom is hij belangrijk?
Jezus is de Zoon van God en de Messias in het christendom. Hij is belangrijk omdat christenen geloven dat hij de verlosser is die door zijn dood en opstanding de zonden van de mensheid verzoende en eeuwig leven mogelijk maakt.

Wat betekent het kruis als symbool voor christenen?
Het kruis symboliseert het offer van Jezus voor de zonden van de mensheid en zijn overwinning op de dood. Het is een teken van liefde, redding en vergeving.

Welke invloed heeft het christendom nog steeds op de Nederlandse cultuur?
Het christendom heeft invloed op tradities, feestdagen (zoals Kerst en Pasen) en ons denken: wat we goed/slecht en normaal/niet normaal vinden. 

Slide 12 - Slide

WWB Les 2/6

Slide 13 - Slide

Klassikaal lezen

  • PDF: Wegwijs in de bijbel
    (Ga naar Teams > Bestanden)
      Blz. 41

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

  • PDF: Wegwijs in de bijbel
     Maak vraag 4 t/m 7
Aan de slag
timer
35:00

Slide 17 - Slide


4. a. Tussen ± 1000 - ± 100 v.C. ontstond het Oude Testament.​
b. Tussen ± 50 - ± 100 n.C. ontstond het Nieuwe Testament.​
d. 
1. Tussen 100 v.C. en 50 n.C. zijn er géén boeken geschreven die in het Oude en het​ Nieuwe Testament zijn opgenomen.​
2. De tijd van het ontstaan van het Oude Testament is veel langer dan die van het​ Nieuwe Testament.

5. CHRISTOS​
    ZACHARIA​
    Christos (= Christus)​
    Theos (= God)​
    Korinthos (= Korinte)


Bespreken

Slide 18 - Slide


6. a. stadion​
        diploma


Bespreken

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Meenemen naar huis:
- Tekening en boekje Land van je leven

- Heb je een onvoldoende? Je mag het boekje en de tekening thuis bijwerken!

Slide 22 - Slide