Capitulo 3 miércoles 3 de febrero

Buen día!
Hemos aprendido/ practicado (we hebben geleerd, geoefend):
  • vocabulario familia: la madre, el padre, el hermano, la hermana, la abuela, el abuelo, el tío, la tía, enz..
  • Escuchar un diálogo sobre familia (gesprek luisteren over familie).
  • Het werkwoord "tener" (hebben)
  • Getallen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Buen día!
Hemos aprendido/ practicado (we hebben geleerd, geoefend):
  • vocabulario familia: la madre, el padre, el hermano, la hermana, la abuela, el abuelo, el tío, la tía, enz..
  • Escuchar un diálogo sobre familia (gesprek luisteren over familie).
  • Het werkwoord "tener" (hebben)
  • Getallen

Slide 1 - Slide

En esta clase:
  • Huiswerk nakijken: tekst Bron C/
  • Het w.w. "tener" (hebben) oefenen.
  • Grammatica oefenen: vervoeging van tener.
  • Woorden en getallen oefenen.


Slide 2 - Slide

El álbum de los López, la familia de Pepe
Tekst en werkboek open:
Tekstboek op blz. 28 / werkboek blz. 66

Slide 3 - Slide

1) Wie is in deze tekst aan het woord?
2) Waarover vertelt hij/ zij?
3) Wat betekent de titel?

Slide 4 - Open question

Opdracht 7b:
1. Houdt erg van voetbal
A
Hugo
B
Álvaro
C
Nacho
D
Santiago

Slide 5 - Quiz

Opdracht 7b:
2. Is 65 jaar oud.
A
Paula
B
María
C
José
D
Álvaro

Slide 6 - Quiz

Opdracht 7b:
3. Dit is de oom van Pepe.
A
Álvaro
B
Nacho
C
Santiago
D
José

Slide 7 - Quiz

Opdracht 7b:
4. Zijn 11 jaar oud
A
José y María
B
Nacho y Paula
C
Pepe y Paco
D
Álvaro y Hugo

Slide 8 - Quiz

Opdracht 7b:
5. Heeft blond haar.

A
Pepe
B
María
C
Paula
D
Santiago

Slide 9 - Quiz

Opdracht 7b:
6. Wonen niet ver weg.
A
Los abuelos
B
Los primos
C
Los tíos
D
Los amigos

Slide 10 - Quiz

Opdracht 7b:
7. We zien ze niet vaak.
A
Los tíos
B
Los abuelos
C
Los primos
D
Los amigos

Slide 11 - Quiz

Opdracht 7b:
8. Is de jongste zus van mijn moeder.
A
María
B
Paula

Slide 12 - Quiz

La cocina
El salón
El comedor
El cuarto de baño
El dormitorio
El ático
El despacho

Slide 13 - Drag question

Opdracht 7c
educaplay.com: completar el texto.

Slide 14 - Slide

Opdracht 7d(blz. 67): Upload een foto van jouw tekst.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

opdracht 10 b:
1. Yo tengo / tienes un abuelo gracioso.
2. Hugo y Álvaro ¿tenemos / tenéis la Xbox?
3. Paco tiene / tienen muchos discos.

Slide 17 - Open question

4. Usted tenemos / tiene un ordenador fantástico.
5. Tú ¿tienes / tengo hermanas?
6. Nosotros tenemos / tienen un dormitorio pequeño.
7. Las amigas de Alicia tienen / tenemos el DVD de L.B.

Slide 18 - Open question

Opdracht 11a: Vul de juiste vorm van tener
1. Mi abuelo ...... una casa grande.
A
tienes
B
tenéis
C
tiene
D
tienen

Slide 19 - Quiz

Opdracht 11a: Vul de juiste vorm van tener:
2. ¿Cuántos años .......usted?
A
tiene
B
tienes
C
tenéis
D
tienen

Slide 20 - Quiz

Opdracht 11a: Vul de juiste vorm van tener:
3. Mi madre y su hermana gemela......cuarenta y dos años.
A
tienes
B
tenemos
C
tienen
D
tenéis

Slide 21 - Quiz

Opdracht 11b: zinnen maken met behulp van de woorden en de plaatjes.
Microfoon aan: de leerling die ik aanwijs moet de zin hardop lezen.

Slide 22 - Slide

Opdracht 8c(wb. blz. 67):Luister naar de getallen dictee. Schrijf de getallen die hoort op in cijfers.

Slide 23 - Slide

Dictado 1

Slide 24 - Open question

Dictado 2:

Slide 25 - Open question

Dictado 3

Slide 26 - Open question

Deze woorden heb ik vandaag geleerd

Slide 27 - Mind map

Ik ken de vervoeging van het werkwoord Tener.
A
B
C
D

Slide 28 - Quiz

Ik ken de getallen t/m 100.
A
B
C
D

Slide 29 - Quiz

Deberes maandag 8 februari
  • Maak een stamboom over jouw familie.
  • Lerer: Frase clave Bron E (tb, blz. 29)
  • Maken: 13 a, b, c - 15 a, b.

Slide 30 - Slide