Wat moet je kennen en kunnen
Hoofdstuk 2 Bewerkingen
- Je kunt optellen en aftrekken met gehele getallen: kolomsgewijs /traditioneel optellen als berekeningen (2.1 Optellen en 2.2 Optellen)
- Je kunt vermenigvuldigen met gehele getallen:kolomsgewijs/traditioneel, vermenigvuldigen met 10, 100 of 1000 (nullen achter het getal zetten) (2.3 Vermenigvuldigen)
- Je kunt delen met gehele getallen: kolomsgewijs/ staartdelen, delen door 10, 100 of 1000 (nullen eraf halen) (2.4 Delen)
- Je kunt optellen of aftrekken met negatieve getallen en je kunt bewerkingen in de juiste volgorde uitvoeren (2.5 Negatieve getallen en volgorde van bewerkingen)
bijv. 10 + 7 x 5 −4=… of (18+9) : 3 =….