Werkwoordspelling - blok 5 - les 5.8

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Spelling 

blok 5     

5.8

Doelen van vandaag

• herhalen pv t.t. + v.t. en voltooid deelwoord
• Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
  

Vul in:
snoepen - ik
tt = _____, vt = _____, vd = _____

Vul in:
koken - hij
tt = _____, vt = _____, vd = _____

Vul in:
stapelen - zij
tt = _____, vt = _____, vd = _____

Vul in:
rennen - de jongen
tt = _____, vt = _____, vd = _____

Mijn broertje heeft heel lang (geloven) dat spoken bestaan.

De gevallen soldaat werd (herdenken).

Bowiens kamer wordt opnieuw (inrichten).

De broodjes in de kantine zijn altijd dik (beleggen).

Voltooid deelwoord

• heeft een hulpww: zijn / hebben /worden
• Begint meestal met ge- / be- / ver- / her-
• Eindigt op - en of 
• d/t - gebruik het 't ex-kofschip

VOLTOOID DEELWOORD

VB: Het vliegtuig is op Schiphol geland. 

pv= is

vd= geland

VB: Robin heeft geen straf gekregen.

pv=heeft

vd=gekregen

Björn heeft geld _____ van zijn vriend. (lenen)

het .............. (lenen) geld

Wat is het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord?

de .............................. (kwijtraken) kinderen

Wat is het voltooid deelwoord in de zin?

Ze waren de weg kwijtgeraakt.

Wat is het voltooid deelwoord in de zin?

De stratenmaker heeft met klinker de straat verbreed.

Wat is het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord?

de .............................. (verbreden) straat

Wat is het voltooid deelwoord in de zin?

Die appel is helemaal verrot!

Wat is het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord?

de ............................ (verrotten) appel

Maken: Spelling - blok 5 - les 5.8

Klaar?

- Blok 4 - Spelling - les 4.8