Opdracht 41 Staat jouw fiets naast de fiets van Quinten? Ja, mijn fiets staat ernaast.
2 Mogen die glazen in de vaatwasser? Ja, die mogen erin.
3 Past deze ketting bij mijn jurk? Ja, die ketting past erbij.
4 Liggen de honden onder de tafel? Ja, ze liggen eronder.
5 Hangt de kar achter de auto? Ja, die hangt erachter.
Opdracht 5
1 Waarover praten jullie met elkaar?
2 Het was even proppen in ons kleine autootje, maar uiteindelijk pasten de nieuwe stoelen erin.
3 Zie je die flat in de verte? Wij wonen daarachter.
4 Je mag alleen deze koffer meenemen, dus alles moet hierin passen.