- Ik kan het verschil zien en horen tussen de imparfait en de présent.
- Ik kan een zin maken in de imparfait en/of in de ontkenning.
Imparfait
- Geef een voorbeeld van een werkwoord in de présent en in de imparfait
Faire des phrases
- Waar moet je op letten bij het maken van een zin?