This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Criminaliteit
2. Oorzaken van criminaliteit?
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen welke risicofactoren er zijn, daarnaast kan je benoemen dat ook de maatschappij van invloed is.
Slide 2 - Slide
Agenda
Mededelingen Wat weet je nog of al? Theorie / Instructie Oefenen Zelfstandig werken Herhalen Evalueren & Afsluiten
Wat gaan we vandaag doen?
Terugkoppeling vorige les
Uitleg oorzaken criminaliteit.
Opdrachten maken
Samenvatting
Afsluiten
Slide 3 - Slide
Waarom worden mensen crimineel?
Slide 4 - Slide
Waarom worden mensen crimineel?
Slide 5 - Open question
Risico factoren
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat iemand een verhoogde kans heeft om crimineel gedrag te vertonen.
een slechte opvoeding
groepsgedrag / groepsdruk
alcohol of drugs
spijbelen of schooluitval
biologische factoren
Slide 6 - Slide
Slechte opvoeding
Jongeren leren thuis de verkeerde normen en waarden.
bijvoorbeeld stelen, slaan, geen respect.
Slide 7 - Slide
Groepsdruk
De groep bepaald wat je doet en niet doet.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Slide 10 - Video
Alcohol en drugs
Verslaving of alcoholmisbruik zorgt er voor dat mensen misdrijven en overtredingen plegen
bijvoorbeeld: Diefstal, berovingen, gebruik van verboden middelen
Slide 11 - Slide
Spijbelen/ schooluitval
Jongeren zonder diploma komen vaker in aanmerking met justitie.
- Hebben minder een doel in het leven.
bijvoorbeeld: vandalisme
Slide 12 - Slide
Biologische factoren
Wetenschap toont aan dat psychische stoornissen geweld kunnen veroorzaken
Slide 13 - Slide
Welke oorzaak van criminaliteit hoort bij de volgende beschrijving: '' Ouders hebben een voorbeeldfunctie, maar zij kunnen er ook voor zorgen dat je een slecht voorbeeld hebt''?
A
Maatschappelijke omstandigheden
B
Biologische factoren
C
Groepsdruk
D
Slechte opvoeding
Slide 14 - Quiz
Welke oorzaak van criminaliteit hoort bij de volgende beschrijving: ''Als je een biologische stoornis hebt kan je extreem agressief reageren''?
A
Maatschappelijke omstandigheden
B
Biologische factoren
C
Groepsdruk
D
Slechte opvoeding
Slide 15 - Quiz
wie plegen meer criminaliteit?
A
Mensen in de stad
B
Mensen in een dorp
Slide 16 - Quiz
Wat is GEEN risicofactor voor criminaliteit?
A
Ouders die roken
B
Groepsdruk
C
Spijbelen
D
Slechte opvoeding
Slide 17 - Quiz
Wat is een risicofactor bij criminaliteit?
A
Groepsdruk
B
Slechte opvoeding
C
Allen zijn risicofactoren
D
Psychologische stoornissen
Slide 18 - Quiz
Wat is een maatschappelijke oorzaak van criminaliteit
A
opvoeding
B
gebrek aan maatschappelijke bindingen
C
gelegenheidsmotief
D
alcohol- drugsgebruik
Slide 19 - Quiz
Spanning, geringe pakkans en groepsgedrag zijn oorzaken van een bepaalde vorm van criminaliteit. Welke vorm van criminaliteit is dat?
A
internationale vrouwenhandel
B
ontvoeringen
C
veelvoorkomende criminaliteit
D
zware georganiseerde misdaad
Slide 20 - Quiz
Risico factoren
Let op! Dit zijn alleen factoren die de kans verhogen. In de meeste gevallen leiden de factoren niet tot crimineel gedrag.
Slide 21 - Slide
Maatschappelijke omstandigheden
Naast persoonlijke kenmerken zijn er ook algemene omstandigheden die crimineel gedrag beïnvloeden:
Slechte leefomstandigheden, zoals leven in slechte wijken.
Er gelden minder strenge normen dan vroeger.
Er is minder sociale controle dan vroeger. Hierdoor is de pakkans kleiner geworden. Dit geldt nog meer in grote steden.
Slide 22 - Slide
Slechte leefomstandigheden
Slide 23 - Slide
2. Normen zijn aan het vervagen
Slide 24 - Slide
3. Minder sociale controle
Slide 25 - Slide
Opvallende cijfers
Bepaalde groepen in de samenleving komen vaker voor in de misdaadstatistieken:
jongens en mannen (95 procent van de gevangenen is man)
jongeren tussen de 16 en 23 jaar
jongeren met een niet-westerse migratie-achtergrond
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Video
Terugkoppeling
Welke risicofactoren zijn er?
Welke maatschappelijke problemen kunnen meespelen?
Slide 29 - Slide
Welke risicofactoren zijn er?
Slide 30 - Open question
Welke maatschappelijke problemen kunnen meespelen?