English - Unit 5 past simple, present perfect & past continuous

Doel van deze LessonUp



De past simple, present perfect en past continuous 

toepassen in een Engelse zin.

1 / 35
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Doel van deze LessonUp



De past simple, present perfect en past continuous 

toepassen in een Engelse zin.

Slide 1 - Slide

3 werkwoordtijden

Wat weet je nog van:


- de past simple?
- de past continuous?
- de present perfect?


wat hebben deze tijden gemeen ?



Slide 2 - Slide

1 - Past simple

= verleden tijd
Iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen.


Vaak zie je een tijdsbepaling in de zin die het verleden aangeeft, zoals yesterday, in 2010, this morning...


e.g. I decided to go to the city centre yesterday.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Past simple

Bij regelmatige werkwoorden +ed

to work - he worked 

to walk - he walked


opgelet bij onregelmatige werkwoorden

to eat - he ate

to sleep - he slept


Slide 7 - Slide

We ____(to go) to the cinema last night.

Slide 8 - Open question

Yesterday we ____(go) to the restaurant and we ____(eat) french fries.

Slide 9 - Open question

Last year we ____(to visit) London and we ____(to see) the Tower Bridge !

Slide 10 - Open question

2 - Present perfect


Iets is in het verleden begonnen en is nu ook nog aan de gang of is nu ook nog van belang.


I am happy because I have won the lottery.

I have lost my keys and can't leave for work !

He has worked here for so many years, he must really like it.



Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Present perfect

have/has

gevolgd door

voltooid deelwoord (past participle)


regelmatige werkwoorden: + ed

opgelet bij onregelmatige werkwoorden

Slide 15 - Slide

Present perfect

have

We have (We've) been here before.

They went gone home but they've forgotten their coats!

I have (I've) walked that route everyday for 5 years now.


has

He/She has never been to Spain !

Slide 16 - Slide

Present perfect

Bij deze woorden zal de zin vaak in de present perfect staan:

ever / never / already / yet / before / recently / lately / only (just)


= deze woorden geven aan dat iets niet af is, en dus 

nog steeds van belang of aan de gang !


Slide 17 - Slide

put in present perfect sentence:
you - only just - to eat - breakfast

Slide 18 - Open question

put in present perfect sentence:
we - never - to go - to Paris

Slide 19 - Open question

put in present perfect sentence:
she - to dance - all evening

Slide 20 - Open question

3 - Past continuous

= verleden tijd, maar focus op duur
Gebruik je om te benadrukken dat iets in het verleden een tijdje aan de gang was (en nu voorbij is)


We were telling each other jokes.
You were texting him all day.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Past continuous

was / were

gevolgd door

werkwoord op -ing


I was walking for hours before I got home!

We were talking when it started raining

They were swimming in the lake when it happened.

Slide 23 - Slide

Past simple & past continuous

Beide tijden worden ook samen in één zin gebruikt om aan te geven dat iets plotseling gebeurde toen iets anders al aan de gang was in het verleden.


I was taking a shower when the phone rang.

They were talking on the phone when I walked into the room.


Slide 24 - Slide

Past simple & past continous

I was taking a shower when the phone rang.

They were talking when I walked into the room.


Past simple > voor de plotselinge gebeurtenis in de vt.
Past continuous > voor de lange gebeurtenis in de vt.

Slide 25 - Slide

welke vorm herken je ?
I have already finished the first part of my assignment.
A
past simple
B
present perfect
C
past continuous
D
present simple

Slide 26 - Quiz

welke vorm herken je ?
I worked so very hard on that painting!
A
past simple
B
present perfect
C
past continuous
D
present simple

Slide 27 - Quiz

welke vorm herken je ?
I was eating dinner when my mother called me.
A
past simple
B
present perfect
C
past continuous
D
present simple

Slide 28 - Quiz

welke vorm herken je ?
Where have you been?
I'm sorry - I missed my bus !
A
past simple
B
present perfect
C
past continuous
D
present simple

Slide 29 - Quiz

welke vorm herken je ?
We have practiced past tenses for weeks now !
A
past simple
B
present perfect
C
past continuous
D
present simple

Slide 30 - Quiz

Fill in:
We ___(to watch) a movie when the alarm ___ (to go) off

Slide 31 - Open question

Fill in:
I ___ (to call) her ten times already, but she still doesn't pick up !

Slide 32 - Open question

Fill in:
I ___ (to call) my dad to tell him I wasn't coming over for dinner.

Slide 33 - Open question

Fill in:
She ___ (to tell) a story when the dog suddenly ___ (to walk) in!

Slide 34 - Open question

bekijk de schema's op Classroom !

Slide 35 - Open question