Tweede boek

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Het tweede boek

inhoud logboek

- aantekeningen les

- aantekeningen tijdens het lezen

- verwerkingsopdrachten

- verwerking literaire begrippen

De literaire begrippen

1 eerste verwachting + biografie schrijver

2 personages

3 tijd

4 ruimte

5 perspectief

6 opbouw/stijl

7 thema

8 titelverklaring

9 eindoordeel

Verwerkingopdracht 1

Noteer van het tweede boek:

- eerste verwachting

- biografie  van de schrijver

verwerkingsopdracht 2 (22 november)

Doen:

De volgende onderdelen bespreek je met je leespartner;

1: denk je dat het leven van de schrijver invloed heeft gehad op het boek? Waarom wel/niet?

2: Wat valt je op tot nu toe. Noem twee zaken en licht toe (dit kan over van alles zijn).

--> noteer antwoord op 1 en 2 in je logboek (= opdracht A)

verwerkingsopdracht 3 (6 december)

Bedenk een personage dat op DIT moment een rol gaat spelen in je boek.

- waarom is er een extra personage nodig (wat gaat hij doen)

- hoe ziet dit personage eruit

- welke rol gaat hij spelen

- welk probleem gaat hij oplossen

- welke relatie tot de andere personages heeft hij

Werk dit uit in een goedlopend verhaal (1 bladzijde logboekje).

12 december

- Lezen in je boek

- Speciale aandacht voor "thema en motieven"

verwerkingsopdracht 4 (Thema)

• kijk naar het volgende filmpje: father en daughter
• noteer tijdens het kijken welke onderdelen/delen/scenes steeds terugkomen.

1. bespreek welke elementen steeds terugkeerden
2. waarom kiest de filmmaker juist voor deze elementen?
3. welk verhaal is in het filmpje verteld?
4. hoeveel tijd is verstreken en hoe weet je dat?
5. welk gevoel roept het verhaal bij je op?

Bovenstaande punten helpen je om het centrale thema van het verhaal te benoemen. Je formuleert het thema in één zin en noteert het in je logboek.

motieven

Motieven zijn steeds terugkerende elementen in een verhaal. We onderscheiden drie soorten motieven: 
- Abstracte motieven (literair historische motieven) 
Het gaat hierbij over abstracte (ongrijpbare) begrippen als onmacht, liefde, toeval, eenzaamheid, oorlog. 
- Leidmotieven 
Het gaat hier over terugkerende concrete zaken. Deze hebben een symbolische betekenis. 
Een dobbelsteen (toeval) kan bijvoorbeeld een leidmotief zijn. Of een spiegel
- Klassieke motieven 
Het gaat hier om verhaalelementen die we al in klassieke verhalen tegenkomen. Denk aan het oedipusmotief en assepoestermotief.

theorie

- het  thema beschrijft het centrale probleem waar het verhaal over gaat.

De volgende zaken helpen bij het vinden van dit thema:

- motieven

- motto/opdracht

- titel

vandaag 17 januari

- lezen in je nieuwe boek + schrijven 1e verwachting

- afmaken logboek tweede boek

- (af)maken woordenschat opdr. 1-9 --> dinsdag af!