Voor niks gaat de zon op_3HV_1.1

Agenda
  • uitleg paragraaf 1.1
  • zelf aan de slag
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Agenda
  • uitleg paragraaf 1.1
  • zelf aan de slag

Slide 1 - Slide

Kopen of zelf doen??
  • Zelf doen heet : Zelfvoorziening
  • Je moestuin, het zelf schilderen van je huis, je band plakken
  • Voorbeelden van consumeren door zelfvoorziening

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

timer
5:00

Slide 4 - Slide

timer
5:00

Slide 5 - Slide

Vraag 3: welke productiefactor wordt gemaakt met andere productiefactoren?
timer
0:20
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal
D
Ondernemerschap

Slide 6 - Quiz

timer
1:00
Produceert een DIENST
Produceert een GOED
Producent van lcd-tv's
Middelbare school
UItgeverij van schoolboeken
Autofabrikant
Supermarkt
Verzekeringsmaatschappij

Slide 7 - Drag question

Schaarse en vrije goederen
- Mensen hebben behoeften aan zowel vrije goederen als schaarse goederen.
- Bij schaarse goederen zijn productiefactoren nodig om het te produceren.
- Een vrij goed is niet afhankelijk van productiefactoren, het komt of het komt niet. Frisse lucht, Zonlicht, en Regenwater.
- Wanneer er behoefte is aan een schaars goed, zijn er middelen voor nodig. Bijvoorbeeld: het kopen van een scooter; daar zijn middelen voor nodig (geld).

Slide 8 - Slide

Schaarse goederen en vrije goederen
Vrije goederen = heb je geen
 productiefactoren voor nodig 
om te maken 

- Frisse lucht
- Zonlicht
- Regenwater  
Schaars goed = heb je productiemiddelen voor nodig om te maken

Slide 9 - Slide

Consumptiegoed?
Consumptiegoed: voor jezelf, niet bedoeld om andere goederen te produceren

Kapitaalgoed: goed die in een bedrijf wordt gebruikt bij de productie om een ander goed te maken.

Slide 10 - Slide

Vrij goed
Iets waar geen productiefactoren voor nodig zijn. 

- Frisse lucht
- Zonlicht
- Regenwater

Slide 11 - Slide