04.03.2020

04. März 2020
Herzlich willkommen!

Tassen van tafel!
Jassen aan de kapstok!








1 / 14
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

04. März 2020
Herzlich willkommen!

Tassen van tafel!
Jassen aan de kapstok!








Slide 1 - Slide

Ihr dürft jetzt 'chillen'. 
Daarna telefoons in je tas/zak! 📱📞

Beginnen we met de les!!
timer
4:00

Slide 2 - Slide

Das Programm
  • Rückblick 🕒5 min
  • Deutsch in der Klasse 🕒 2-4 min
  • Modalverben 🕒10 min
  • Buch B - Kapitel 4 - Veranstaltungen 🕒 15-20 min
  • Abschluss  🕒 5 min

Slide 3 - Slide

Ziel des Unterrichts
  • Du lernst die wichtigsten Sätze in der Klasse lernen.
  • Du lernst die Modalverben.

Slide 4 - Slide

Rückblick (terugblik)
  • Resultaten 'goede les'
    - Goede (korte) uitleg
    - Als ik kan begrijpen
    - Afwisseling
  • Resultaten 'goede docent'
    - Niet te streng
    - Goede (korte) uitleg en orde houden
    - Gevoel voor humor en streng zijn als het moet

Slide 5 - Slide

Deutsch in der Klasse
  • Darf ich auf die Toilette gehen?
  • Ich habe meine Hausaufgaben nicht gemacht.
  • Darf ich das Fenster schliessen.
  • Ich habe mein Buch vergessen.
  • Wann bekommen wir die Noten?
  • Können Sie mir helfen? 

Slide 6 - Slide

Modalverben
Het zijn woorden die een bepaalde houding tot het werkwoord aangeven. Denk hierbij aan noodzakelijkheid, wenselijkheid, mogelijkheid, waarschijnlijkheid of verplichting.  

Bijvoorbeeld: Ich kann sehr schnell laufen 
Man muss viel Wasser trinken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Und jetzt die Bedeutung in NL
  1. dürfen (= mogen)
  2. können (= kunnen) 
  3. mögen (= lusten, lekker vinden, houden van) 
  4. müssen (= moeten als noodzaak) 
  5. sollen (= moeten als wens van een ander, aanrading, bevel) 
  6. wollen (= willen) 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wat helpt bij het leren?
Onthoud de eerste letters van het rijtje werkwoorden
dürfen - können - mögen - müssen - sollen - wollen

En maak hiermee een voor jou makkelijk te onthouden zin,
bijvoorbeeld:
De Klas Moet Maar Snel Weg 

Slide 11 - Slide

Buch B - Kapitel 4 Veranstaltungen (s.13)
Zelfstandig werken!!
Maken opdrachten:
18-19-20-21-22-24

Ben je klaar?
Maak oefeningen:
3-4-5 (s. 16)

Du darfst Musik hören!  (Niet te hard)

🕒15 min🕒
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 13 - Open question

Gibt es noch Fragen?
Vielen Dank für euere Einsatz! 

Bis nächste Woche!




Slide 14 - Slide