Het hindoeïsme heeft 16 rituelen waarvan er 11 te maken hebben met de geboorte van een kind.
De geboorte:
Als twee mensen besluiten een kind te krijgen moeten ze eerst de priester raadplegen over het tijdstip van de bevruchting. Dat heeft te maken met goede karma.
Tijdens de zwangerschap moet de moeder allerlei heilige teksten lezen zodat de baby kan worden beschermd. Een ander ritueeltje is tijdens de achtste maand van de zwangerschap, rijst aan Vishnu offeren, Vishnu is een van de belangrijkste goden. Als ze dat deden zou de kracht van Vishnu aan het kind worden overgedragen.
Tijdens de geboorte wordt de navelstreng altijd door de vader doorgeknipt. Na de geboorte bidt er een priester voor de gezondheid en welzijn voor de moeder en het kind.
De zesde dag na de geboorte vieren de vrouwen -alleen maar vrouwen- een feest, chatti. De gedachte hierachter is dat Bhavani, de schenkster van het leven, komt om de lalaata rekha op het voorhoofd van het kind te schrijven. Ook komt op deze dag het hulpje van de priester, de nau, het huis schoonmaken. Hij doet dan dingen zoals dweilen en stofzuigen. Daarna knipt hij de teennagels van de moeder waarna zij dan in bad gaat.
Het tijdstip van de geboorte moeten heel stipt worden vastgelegd. Aan de hand van dat tijdstip kan de priester zeggen hoeveel lettergrepen er in de naam van het kind moeten komen. De lettergrepen zijn verbonden met met de goden en natuurkrachten.
Wanneer er een naam aan de baby wordt gegeven wordt de baby voor het eerst vertoond aan andere mensen. De moeder en de baby krijgen dan beide nieuwe kleren aangetrokken die worden gekocht door de grootouders van moederskant. Als die er niet zijn door de broer en eventueel door de neef of tante. ‘s Middags worden er zeven gerechten met zuivere ingrediënten geserveerd. Na zes uur ‘s avonds maakt de oma van het kind een diya aan, een lampje gemaakt van watten en een vlam in een aarden of metalen kommetje. Daar hoort deze mantra, een combi van heilige lettergrepen, bij;
‘’ agnirjyotirjyotiragnih svāhā. sūryo jyotirjyotih sūryah svāhā agnirvarco jyotirvarcah svāhā.
sūryo varco jyotirvarcah svāhā.
jyotih sūryah sūryo jyotih svāhā.’’
Ondertussen zitten de moeder op de grond met het kind op schoot. Voor haar wordt een bord met de zeven gerechten neergezet en zeven diya’s. De moeder bedekt de ogen van het kind voor zichtsproblemen.
Ook hebben de ouders van de moeder gezorg voor zoete lekkernijen, mithaai, die dan worden geofferd aan Bhagavaan in de vorm van naivedya. Een zus van de vader het kind zorgt voor steenkool, kaajal, wat dan op de moeder en het kind word aangebracht tussen de wenkbrauwen. De ruimte tussen de wenkbrauwen staat voor het derde oog wat dan ook wel chakra wordt genoemd. Bij het zetten van de kaajal hoort ook weer een mantra.
Vervolgens brengen ze een stip aan tussen de wenkbrauwen, vibhuti. Hierna binden ze een beschermkoord om de pols van het kind. Soms krijgt het kind een talisman om die hij/zij dan de rest van zijn leven draagt.
Na deze rituelen wordt er een thaali voor de moeder geplaatst. De aanwezige vrouwen spreken dan hun wensen uit voor de moeder en het kind. Dit doen ze terwijl ze rijst met durva in hun hand hebben. Ze lopen dan rechtsom om de moeder heen en laten dan de rijst met durva in de thaali vallen. Hierna begint het feest pas echt.
De volgende ochtend kijken de moeder en het kind naar de zonsopgang. Dat is ook het moment waarop de vader het kind officieel voor het eerst mag zien.
Het huwelijk
Wiwah, dat is de Hindoestaanse benaming voor de plechtigheden rond de huwelijksceremonie. De letterlijke vertaling is wegdragen en het herinnert aan het gebruik van in India waarbij de bruid door de bruidegom wordt weggevoerd in een versierde draagstoel.
Een jongen en een meisje, een man en een vrouw, mogen zich pas verloven wanneer de families ermee instemmen. De datum van de verloving wordt bepaald door de familie van de jongen. De verloving wordt bevestigt door de vader van het meisje met een ritueel geschenk aan de jongen. De Hindoestaanse benaming voor verloving is Barchekki.
Na de verloving vind er een Tilak plaats in het huis van de jongen. Alles wordt dan nog een officieel bevestigd aan de hand van een offering. Na deze ceremonie komt de vader van de dochter die de aanstaande schoonzoon geld, zoetigheden en fruit. Dat fruit is altijd een kokosnoot want dat is het teken van vruchtbaarheid. Hierna brengt hij een ronde vlek aan van gekleurd poeder bij zijn aanstaande schoonzoon. Dat is een teken van de kroonprins.
Twee dagen voor het huwelijk vindt er een feestelijke gebeurtenis plaats waarbij vrouwen een beetje aarde opgraven op een schone plaats bij de huizen van de bruidegom en de bruid, Matkorwa. Van die aarde wordt later een vuurpot gemaakt voor een huwselijksritueel.
De dag voor het huwelijk heet Bhattwan. Op deze dag wordt er een offering gehouden waarbij de pandit duidelijk maakt welke verplichtingen de man en de vrouw op zich nemen met het huwelijk. Hierna wordt er door de vrouwelijke familieleden rijst of padi gepoft, lawa, wat bij de huwelijksceremonie wordt gebruikt.
De huwelijksdag zelf heet de Sahdie. Familie en vrienden worden uitgenodigd in het huis van bruidegom voor het Baraat, de bruidsstoet.
De bruidegom wordt gekleed in een kleurig gewaad. Hierna moet hij met andere ongehuwde jongens voor de laatste keer rijstebrij eten. Dan drukt de moeder van de bruidegom haar zoon tegen haar borst aan alsof ze hem borstvoeding gaat geven.
Eenmaal in de trouwzaal wordt de bruidegom verwelkomt door de vrouwen en krijgt hij een speciale plaats toegewezen, Parchan. Er worden dan brandende oliepitjes op een op een koperen schaal geplaatst en die wordt dan boven het hoofd van de bruidegom rondgedraaid. De bedoeling van de Parchan is om de bruidegom beter te leren kennen.
De bruid neemt plaats bij de pandit onder de Maro. Ze uit daar haar dank en gooit daarbij offeranden in het heilige vuur. Hierna nodigt zij haar bruidegom uit om bij haar te komen. Ze hangt dan een bloemenkrans om hem heen en ze biedt hem het speciale huwelijksbankje aan. Vervolgens zijn er nog wat rituelen over het afsmeken van gezondheid en voorspoed in het leven. Dan komen haar ouders de Maro in die de bruidegom geschenken geven.
Dan volgt het Hangadin, een ritueel waarbij de vader van de bruid de bruidegom vraagt zijn dochter te aanvaarden. Als de bruidegom haar aanvaard, bieden de ouders van de bruid hem geschenken aan.
Hierop volgt de offerdienst. Nadat ze de geloften hebben afgelegd die bij dat ritueel horen, wordt het huwelijk aan de gasten bekend gemaakt. Als teken dat ze met elkaar zijn getrouwd wordt het uiteinde van de schoudersjaal van de bruidegom aan de sari van de bruid geknoopt. Ondertussen spreek de pandit spreken uit die geluk moeten brengen.
De poolster en de zon moeten hier getuigen van zijn dus zetten de bruid en de bruidegom zeven stappen, de Sathpadi, richting de poolster en de zon, noordoostelijke richting. De bruidegom legt zijn hand op haar voorhoofd om haar zijn zegen te geven. Bij sommige ceremoniën brengt de bruidegom aan het einde rood poeder aan in het haar van de bruidegom als teken dat ze zijn getrouwd, Sindhoer.
Tot slot mogen de gasten geroosterde rijstkorrels of bloemen over hun heen gooien.
De dood
De dood word door de hindoes niet als vervelend ervaren, het is niet het einde, het is juist een nieuw begin. De meeste hindoes zullen altijd voor crematie kiezen omdat ze geloven dat dit de snelste manier is om terug te keren in een nieuw lichaam, ze geloven dus ook in reïncarnatie. Het lichaam is voor hindoes ook maar iets tijdelijks.
Ze geloven dus in reïncarnatie wat wil zeggen dat hun ziel, na overlijden, in een nieuw lichaam komt. Hoe je terugkomt is afhankelijk van de manier waarop je hebt geleefd. Sommigen geloven dat je ook als dier kunt terugkomen.
Als er een man is overleden word hij traditioneel opgebaard in een speciale doek, wat tegenwoordig gewoon een pak zal zijn. Een overleden vrouw krijgt een sari aan. Ondertussen bidden de familie en vrienden van de overledene met een priester. Dan krijgen ze een aardewerken schoteltje met boter, een dia, aangestoken. Na dat proces gaan ze naar het huis van de overledene waar de dia wordt aangestoken. Ook wordt er een bokaal met water neergezet. Zodra dat is gebeurt bidden ze weer en worden er gebeden opgelezen uit de Ramayana, een omvangrijk epos.
Op de dag van de crematie scheert de zoon van de overledene zijn haar af. Als de overledene geen zoon heeft zal dit gewoon een man uit familie zijn. Andere mannen zullen zich dan weer voor het eerst scheren.
In het crematorium maakt de priester, bij een plechtigheid, vijf balletjes (pindhs) van honing, melk, boter, rijstmeel, suiker en sesamzaad. Het aantal, vijf, staat voor de vijf elementen; water, vuur, lucht, aarde en ether. Vervolgens worden die balletjes in doeken gedaan en worden ze geofferd door ze in de kist te leggen. Een bij het hoofd, een bij iedere hand, een bij de buik en een bij de voeten. Terwijl de nabestaanden zingen leggen ze nog bloemen, rijstkorrels en geurige stoffen in de kist. Daarna wordt de kist door de mannen uit de familie het crematorium naar binnen getild. Onderweg stoppen ze vijf keer om de kist even neer te zetten.
Eenmaal binnen maken ze de kist weer open en word het versierd met bloemenkransen. Dan houd de priester een preek waarbij de zoon ondertussen met de brandende dia vijf keer rond de kist loopt. Hij raakt telkens met de brandende dia de mond van de overledene aan, de doodskus. Nadat ze wat gezamenlijke gebeden uitspreken word het lichaam gecremeerd.
De traditionele manier van uitstrooien is uitstrooien boven stromend water. Hierna leeft de familie heel sober en eten zij vegetarisch. Ze houden dan elke dag een offerdienst waarbij ze tien rijstballetjes offeren om voor de ziel van de overledene een menselijk lichaam af te smeken, zodat hij/zij niet als een dier terugkomt.
Dit waren de drie belangrijkste sociale gebeurtenissen met rituelen. Hieronder volgen nog 2 rituelen/gewoontes.
De Heilige koe
Binnen het hindoeïsme worden alle levende wezens als heilig gezien, ook dieren dus. Dieren zijn niet gemaakt om op te eten. Een dier is gewoon een levend wezen en die verdiend het niet om geslacht te worden en te worden gegeten. Er zijn wel hindoes die vlees eten, maar die eten dan geen rundvlees. De koe staat namelijk centraal in het hindoeïsme, zij is heilig. Er zijn een aantal redenen waarom dat zo is. Koeien worden overigens niet aanbeden, wel gerespecteerd, geëerd en geadoreerd. De gedachte is namelijk dat de koe ons meer geeft dan wij haar geven.
In een van de Hindoegeschriften, de Agnipoeran, staat dat de koe een zuiver en zegenrijk dier is. Het is een verdienstelijke daad om een koe te verzorgen, eten en drinken te geven en te baden. Wanneer je een koe voedsel en drinken geeft, krijg je bevrijding. Wanneer je een koe aanraakt en verzorgt, word je bevrijdt van al je zonden. Ook geloven ze dat als er een koe dichtbij staat dat dan de hele omgeving zuiver wordt.
Bijna elk product van een koe wordt door de mens gebruikt, een voorbeeld is mest. Mest word natuurlijk gebruikt voor het mesten maar het word ook veel gebruikt als brandstof, om mee te koken,om huizen warm mee te houden en het wordt gebruikt als isolatie bij huizen tegen warmte of kou. Ook wordt mest gebruikt voor genezing. Melk overigens ook.
De koe zorg uiteraard ook voor melk waar ook weer verschillende soorten zuivelproducten van kunnen worden gemaakt. In landen waar de koe niet centraal staat zijn er nog meer delen van de koe die kunnen worden geconsumeerd.
Naast de producten die wij dankzij de koe kunnen verkrijgen en produceren is de koe ook verbonden aan goddelijke figuren. Neem bijvoorbeeld Krishna, hij was een koeherder. Zo heb je nog moeder Parvati, zij reed koe Andy. Koeien waren voor beide belangrijk waardoor ze door volgelingen ook al belangrijk werden beschouwd.
Rond de 16e eeuw was vegetarisme heel belangrijk. Alle soorten melkproducten waren toen van belang want zo kwamen hindoes aan hun voedingstoffen. Ook deden ze toen veel vuuroffers aan de hand van Ghi, geklaarde boter gemaakt van melk.
Toentertijd aten Indiase soldaten nog wel rundvlees, daardoor kreeg je in sommige streken een gebrek aan melkproducten. Dat leidde tot een bijeenkomst van geleerden en pandits. Ze benadrukte toen hoe erg ze de koe nodig hadden omdat ze zonder (melkproducten) niet zouden overleven. Vanaf dat moment zagen de mensen de koe al heilig.
Geneeskunde
Als je ziek bent in India heb je twee keuzes; je kunt of naar een normale dokter gaan of naar een aryuvedische dokter gaan. Aryuveda is een hele oude wijze van geneeskunde en is eigenlijk geen echte geneeskunde. Aryuveda is de kennis van het leven. Alles wat leeft bestaat uit aarde, lucht, water, vuur en ruimte. Gezond zijn is een evenwichtige samenstelling van deze elementen hebben. Wanneer ze niet in evenwicht zijn, ben je ziek.
Aryuveda is eigenlijk een herstelkunde. Ziektes worden niet behandeld of genezen, maar onevenwicht wordt hersteld. Dat doen ze door iets toe te voegen of door iets te verwijderen. De dokter controleert eerst je tong en de manier waarop je bloed stroomt. Op basis daarvan gaat hij toevoegen of verwijderen.
Wat voegen ze dan toe? Medicijnen, maar alleen op natuurlijke basis. Denk daarbij aan bloemen, wortels, schillen, hoorns en zelfs urine zolang alles maar vers is. Ze malen dan alle nodige ingrediënten in een vijzel en daar wprden vervolgens crèmes en oliën van gemaakt of pillen van gerold die in de zon moeten drogen. Sommige ingrediënten zijn heel schaars omdat sommige planten en dieren bijna zijn uitgestorven. Vroeger waren er zelfs medicijnen van gemalen goud en zilver. Die werden dan toegediend bij koningen en prinsen.
Al deze kennis is honderden jaren lang van vader op zoon overgedragen. Er bestaan echter geen boeken over aryuveda om uit te leren maar je kunt er gek genoeg wel gewoon voor studeren.
Het verschil met de geneeskunde zoals wij het kennen is dat aryuvedische dokters altijd naar het geheel kijken, dat heet holistische geneeskunde wat helemaal in het teken is van een evenwichtig geheel.
Er zijn twee soorten oliebehandelingen. Je kunt met olie worden gemasseerd maar er is ook de druppeltechniek. Dan wordt er warme olie met allerlei ingrediënten op je voorhoofd gedruppeld. Dit gebeurt in een slingerende beweging tussen je wenkbrauwen zodat je lichaam de ingrediënten in de olie zo goed mogelijk kunt opnemen.
Om het evenwicht te herstellen kun je natuurlijk ook iets verwijderen. Dat is het systeem zuiveren. Er bestaan daar zelfs overgeefsessies voor. Maar om te verwijderen worden er vaak bloedzuiger gebruikt om al het slechte bloed op te zuigen. Zodra de bloedzuigers 'vol' zitten verwijdert de verpleegster ze en laat ze het bloed 'uitspugen' zodat hij weer opnieuw zijn werk kan doen.