Klas 1 week 1 les 1

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Bienvenu(e)s! Fijn je weer te zien!

Lesdoelen (buts)

aan het begin van de les:

Je kent woorden die te maken hebben met school en vakken.

Deze woorden kom je ook tegen bij de opdrachten van deze week

Luisteren - Opschrijven - Leren

Wat ga je doen?

Ga via Naslag naar

Arrêt Chapitre 3

Voca E

Frans-Nederlands

* Luister naar de uitspraak

* Noteer de woorden F-N in je schrift 

* Oefen in blokjes van 5

* Zet een * voor woorden die je nog niet kent en herhaal deze

Klaar? Leer de woorden N-F

Check weektaken

* Wat staat er deze week in TTS Planagenda voor het vak Frans?

* Weet je zeker dat je alle weektaak Frans van vorig jaar hebt afgerond en afgetekend?

Bonnes résolutions

Au début de chaque année, beaucoup de personnes prennent de bonnes résolutions. Lisez à haute voix les résolutions sur les post-its et traduisez-les.

 Aan het begin van ieder jaar, hebben velen goede voornemens. We gaan de goede voornemens op de post-its  op de volgende slide lezen en vertalen.

Répondez aux questions en néerlandais

Noteer de antwoorden op deze vragen in het Nederlands in jouw schrift: 

Et vous, avez-vous pris les résolutions citées sur les post-its ? Motivez votre réponse.

 Avez-vous pris d’autres résolutions pour 2025 ? Si oui, lesquelles, et comment allez-vous les tenir ? Si non, pourquoi pas ?

  Y a-t-il une résolution que vous ne prendrez jamais ? Pourquoi pas ?

Lesdoelen/buts

Aan het eind van de les:

- weet ik waar ik op moet letten bij het maken van de weektaak 

- heb ik het werkwoord être = zijn geleerd en ken ik manieren om dit te leren

Tips weektaak

Opdracht 19

apps.noordhoff.nl

Qu'est-ce qu'on va faire

We gaan het onregelmatige werkwoord être = zijn 

leren en bekijken een instructievideo samen

apps.noordhoff.nl

Werkwoorden leren

* Hoe werkwoorden leren?

- rijtje opschrijven - net zo lang totdat je het kent

- liedje/rap (ex. 16a)

- Verbuga: online werkwoord oefenprogramma

- WRTS/Quizlet/Blooket etc.

- Spelvorm (ganzenbord, dobbelsteen etc. )

Wat ga je doen?

Je gaat het werkwoord être oefenen/leren 

Over 5 minuten gaan we testen hoe goed dit gelukt is!

Hoe zeg je: ik ben

Hoe zeg je: zij is

Hoe zeg je: wij zijn

Zelfstandig aan de slag met weektaak

In stilte werken zolang de timer loopt.

Ken ik het werkwoord être

à la prochaine!

;

                              

                              les déchets dans la poubelle

                              

                              restez à ta place jusqu'à 59/29

Samen zorgen we voor een fijne werkplek in het lokaal!