Softbal

Spelregels Softbal
1 / 20
next
Slide 1: Slide
SportvaardigheidMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Spelregels Softbal

Slide 1 - Slide

Sleep de woorden naar het juiste vakje in de afbeelding! 
(elke twee onjuiste pogingen is een punt in mindering op de totaalscore. totaalscore is 5)
midvelder
pitcher
1e honkman
korte stop
slagman
3e honkman
2e honkman
rechtsvelder
linksvelder
catcher

Slide 2 - Drag question

Wat is de functie van een pitcher?
A
de bal vangen
B
de bal aangooien
C
3e honk verdedigen
D
buitenveld verdedigen

Slide 3 - Quiz

Wat is de functie van de korte stop?
A
voorrang bij vangen in binnenveld
B
1e honk ondersteunen
C
voorrang bij vangen in buitenveld
D
alle antwoorden zijn onjuist

Slide 4 - Quiz

Wat noemen we ook
wel de 'slagzone'

Slide 5 - Open question

Bij hoeveel keer 'uit' is het wisselen van veldpartij naar slagpartij en andersom?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 6 - Quiz

Wanneer is een opgeworpen bal 'wijd'?

Slide 7 - Open question

wanneer spreken we van 'slag'?
A
Als een opgeworpen bal de slagman zijn of haar lichaam raakt.
B
Als een opgeworpen bal langs de thuisplaat wordt gegooid.
C
Als een opgeworpen bal boven schouderhoogte wordt gegooid.
D
Als een opgeworpen bal onder kniehoogte wordt gegooid maar de slagman probeert de bal te raken.

Slide 8 - Quiz

Bij hoeveel 'wijd' krijgt de slagman een vrije loop?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 9 - Quiz

Goed of Fout slag! 
De lijnen met een nieuwe boog geven aan dat daar de bal al contact met de grond heeft gemaakt.
Sleep de goed/fout woorden naar het juiste vakje!
GOED
FOUT
GOED
FOUT
GOED

Slide 10 - Drag question

Welke uitspraak hoort NIET bij een 'foutslag'
A
Bij een foutslag mag een loper een honk stelen.
B
Bij een foutslag ligt het spel dood
C
Bij een foutslag moeten alle lopers terug naar hun honk.
D
Bij een foutslag kunnen lopers niet uit worden gemaakt.

Slide 11 - Quiz

Noem drie mogelijkheden van uitmaken bij softbal

Slide 12 - Open question

Uitspraak 1: Als een geslagen bal wordt gevangen op foutgebied is de slagman uit.

Uitspraak 2: Als een geslagen bal wordt gevangen op foutgebied is het een 'foutslag'. De slagman mag nogmaals slaan.
A
alleen uitspraak 1 is juist
B
alleen uitspraak 2 is juist
C
uitspraak 1 en 2 zijn juist
D
beide uitspraken zijn onjuist

Slide 13 - Quiz

Leg met behulp van een voorbeeld uit wanneer je spreekt van 'uit branden'

Slide 14 - Open question

Leg met behulp van een voorbeeld uit wanneer je spreekt van 'uit tikken'

Slide 15 - Open question

Leg uit wanneer je een gedwongen loop situatie krijgt

Slide 16 - Open question

Wanneer mag je een honk stelen
A
In alle situaties!
B
zodra de bal uit de handen van de pitcher is die in de richting van de slagman gooit.
C
Als de pitcher de bal in de handen heeft mag je proberen te stelen.
D
Nooit!

Slide 17 - Quiz

benoem twee situaties waarvoor je een vrije loop krijgt?

Slide 18 - Open question

Leg uit hoe het principe 'foutslag' in zijn werking gaat als slagman?

Slide 19 - Open question

Bij welk honk mag je als loper het honk aantikken en een paar passen doorlopen maar ben je toch in!
A
1e honk
B
2e honk
C
3e honk
D
géén van de honken

Slide 20 - Quiz