Les 6 05-03-2025 Duits luisteren, herhaling grammatica

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Les 6 05-03-2025

Herzlich Willkommen

beim Deutschunterricht

Wie wir zusammen arbeiten

• Voor Duits heb je bij je: boek A, etui, laptop

• We praten zoveel mogelijk in het Duits
  
  
• We luisteren naar elkaar
  
  
• Bij vragen steken we ons arm omhoog

Lessonup

klascode

 rxxjt

Klassensprache

Kann ich auf die Toilette gehen, bitte?

Darf ich zur Toilette gehen, bitte?

Klassetaal/ Klassensprache

bestand uitdelen, doorsturen.

Voor de volgende les 1 tot en met 10 kennen.

Klassensprache 11 bis 20

Klassensprache 21-30

Overgangsdossier V2

Planner P3

Planner P3

Lernziele

- Je kan het bepaalde en onbepaalde lidwoord in het Duits toepassen.

- Je kent de woorden voor getallen 1 tot en met 100 in het Duits.

Was machen wir heute?

- Uitleg bepaald en onbepaalde lidwoord en bezittelijk voornaamwoord in het Duits.

- Oefenen met luisteren.

Startaufgabe

Was wird gemeint?

Es ist eine besondere Form des Tanzens mit festgelegten Schritten und Bewegungen. Durch sie erzählen die Tänzerinnen und Tänzer auf der Bühne Geschichten oder drücken Stimmungen (humeur) und Gefühle aus – zumeist untermalt (ondersteunt) von klassischer Musik.

Leerdoel: leerling kan een zelfstandig naamwoord vervangen door het passende pers. vnw.

der woorden ---> er

die woorden ---> sie

das woorden -----> es

die woorden meervoud ------> sie

DE LIDWOORDEN

mannelijk	vrouwelijk	onzijdig	meervoud
der	die	das	die

Het lidwoord van het meervoud is altijd die

ein (een) is een onbepaald lidwoord

Overzicht bepaald en onbepaald lidwoord

	m	v	o	mv
de/het	der	di e	das	di e
een	ein	ein e	ein	kein e

Aufgabe Artikel

Benutze die Regels in Teams, Mappe Lesmateriaal extra (Lidwoorden in het Duits, basisregels)

Schreibe den richtigen Artikel zu den Wörtern.

(schrijf het passende lidwoord bij het woord)

Aufgabe: Oefening bepaalde lidwoorden Duits

Welcher Artikel?

blau = männlich

rot = weiblich

grün = sachlich

die Fragewörter

Welche?	welke?
Was?	wat?
Wo?	waar?
Wann?	wanneer
Wohin?	waarheen?
Wie?	hoe?

getallen

de 

getallen

Wortsuchsel

Maak de woordzoeker en zoek alle getallen.

Overleg met elkaar

0

Bezittelijke voornaamwoorden

Possessivpronomen

Welke vorm krijgt het bezittelijk voornaamwoord?

draai aan het rad.

Hören

Werk in tweetallen,

jullie luisteren ieder naar een ander item.

Wissel daarna van rol. Je luistert nu naar het item van je klasgenoot.

Luister naar een item op deze site:

Kurz erklärt:

VB: Graffiti

- Eiskunstlauf  / Schiedsrichter

• Waar gaat het item over? Antwoord in een paar zinnen in het Nederlands op een manier dat jouw klasgenoot het snapt.
• Hoe heet jouw item in het Nederlands.
• Welk jaartal wordt genoemd in je filmpje. Wat is er toen gebeurt?
  
• Kijk nu het andere filmpje en geef aanvullingen op de samenvatting die je eerst hebt gekregen.

Hausaufgaben

Lernen: 

K2, Grammatik, schwache Verben (werkwoorden), Seite 80

K3, Grammatik, schwache Verben (werkwoorden), Seite 116

K4, Wortschatz, Wörterliste A, Seite 148

Machen:

K3, Übung macht den Meister, Aufgabe 7, 9, Seite 88

Auf Wiedersehen