Klokkijken - vijf voor en vijf over

Klokkijken
vijf voor en vijf over
1 / 42
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Klokkijken
vijf voor en vijf over

Slide 1 - Slide

Herhalen
kwart over en kwart voor

Slide 2 - Slide

kwart voor

Slide 3 - Slide

kwart over

Slide 4 - Slide


Slide 5 - Open question


Slide 6 - Open question


Slide 7 - Open question


Slide 8 - Open question

Klokkijken
vijf voor en vijf over

Slide 9 - Slide

vijf voor

Slide 10 - Slide

vijf over

Slide 11 - Slide

vijf over twaalf

Slide 12 - Slide

vijf voor acht

Slide 13 - Slide

Hoe laat is het?

Slide 14 - Slide


Slide 15 - Open question


Slide 16 - Open question


Slide 17 - Open question


Slide 18 - Open question

Analoge klok
Digitale klok

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

de avond
18:00 uur tot 24:00 uur

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Hoe laat is het?

Slide 23 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 24 - Open question

de nacht
24:00 uur tot 6:00 uur

Slide 25 - Slide

Hoe laat is het? Sleep naar juiste klok.
vijf uur
elf uur
twee uur
dertien uur
zes uur
half 1
acht uur
negen uur

Slide 26 - Drag question

de ochtend
06:00 uur tot 12:00 uur

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Hoe laat is het?
A
1400 uur
B
Het is twee uur.
C
Het is 14 uur.
D
Het is 1 en 4 uur.

Slide 29 - Quiz

de middag
12:00 uur tot 18:00 uur

Slide 30 - Slide

De digitale klok

Slide 31 - Slide

Hoe laat is het?

4:00
A
half 5
B
half 6
C
4 uur
D
5 uur

Slide 32 - Quiz

Hoe laat is het?
17:00
A
7 uur
B
8 uur
C
5 uur
D
9 uur

Slide 33 - Quiz

Hoe laat is het?

20:00u

A
10 uur
B
8 uur
C
9 uur
D
11 uur

Slide 34 - Quiz

Hoe laat is het?

22:00u
A
8 uur
B
9 uur
C
10 uur
D
11 uur

Slide 35 - Quiz

Hoe laat is het?
A
3 uur in de ochtend
B
3 uur in de middag
C
3 uur in de nacht
D
3 uur in de avond

Slide 36 - Quiz

Hoe laat is het?
A
1 uur
B
10 uur
C
dit is geen tijd
D
12 uur

Slide 37 - Quiz

Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond

Slide 38 - Quiz

Hoe schrijf je vier uur 's middags?
A
4:00
B
16:00
C
3:00
D
15:00

Slide 39 - Quiz

Hoe schrijf je twee uur 's nachts?
A
2:00
B
14:00
C
1:00
D
13:00

Slide 40 - Quiz

Hoe laat is het?

Slide 41 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 42 - Open question