Schoolexamen SCHRIJFVAARDIGHEID

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Schrijfvaardigheid

Schoolexamen maart 2022

EERST WAT VRAGEN VOORAF

Welke schrijfopdrachten kunnen worden getoetst bij het s.e?

tekstdoelen

Schrijfvaardigheid

het artikel 

HOE NOEM JE EEN TEKST WAAR DE MENING VAN DE SCHRIJVER CENTRAAL STAAT?

1. NIEUWSBERICHT
2. FICTIE
3. BETOOG
4. GEDICHT

Uit welke drie delen is een artikel opgebouwd?

Is dit een artikel of een brief?

1. artikel
2. brief

is dit een artikel of een brief?

1. artikel
2. brief

Is dit een artikel of een brief?

1. artikel
2. brief

Staan er alinea's in een artikel?

1. Ja
2. Nee

Wat is goed?

1. in een artikel kunnen feiten en meningen
2. in een artikel staan altijd alleen meningen
3. in een artikel staan altijd alleen feiten
4. een recept kan ook een artikel zijn

Je sluit een artikel af met 'Met vriendelijke groet'

1. waar
2. niet waar

Onder een artikel zet je altijd:

1. slotformule
2. je eigen naam (en klas)
3. groetjes,
4. bedankt

De onderdelen

Een artikel bestaat dus uit de volgende onderdelen. Door deze volgorde aan te houden, is het goed te volgen voor de lezer. 

1. Titel: Zegt kort waar het artikel over gaat. Daarnaast moet de titel aansprekend zijn, zodat de lezer wordt geprikkeld om het artikel verder te lezen. 
2.  Inleiding: Een artikel begint met een korte beschrijving van het onderwerp. In de inleiding staat de belangrijkste informatie van het stuk. Je kunt er ook voor kiezen om een voorbeeld te geven. Dit maakt de lezer nieuwsgierig. 
3. Middenstuk: Hierin zet je alles wat je wilt vertellen, verdeeld over meerdere alinea’s. 
4. Slot: Je eindigt met het geven van een conclusie waarin je het artikel samenvat. 
5. Naam van de schrijver: De naam van de auteur staat meestal helemaal onderaan het artikel. 

Schrijfvaardigheid

De zakelijke brief

De zakelijke e-mail

TUSSEN ALLE ONDERDELEN VAN EEN ZAKELIJKE BRIEF 0F E-MAIL MOET EEN WITREGEL

1. WAAR
2. NIET WAAR

In de volgende gevallen schrijf je een zakelijke brief of e-mail.

1. sollicitatie, brief naar een familielid, klacht
2. klacht, sollicitatie, informatie inwinnen

Wie is de geadresseerde?

1. Degene aan wie je de brief of e-mail schrijft.
2. Degene die de brief of e-mail schrijft.

Kies de juiste schrijfwijze voor de slotformule

1. Met Vriendelijke Groet,
2. Met vriendelijke groet,
3. Met vriendelijke groet
4. Met vriendelijke groeten,

Onder de slotformule volgen je eigen voor- en achternaam, je adres, postcode
en woonplaats.

1. Waar
2. Niet waar

In een zakelijke brief of e-mail gebruik je formele taal.

1. Waar.
2. Niet waar.

Kies het juiste adres:

1. Strandzicht College Postbus 10 6622 AB EDE
2. Strandzicht College Postbus 10 6622 AB Ede
3. Strandzicht College Postbus 10 6622AB Ede

De eerste zin van de brief of e-mail begint met een hoofdletter.

1. Niet waar, de aanhef eindigt met een komma en daarna krijg je nooit een hoofdletter.
2. Waar. In de zakelijke brief begint de eerste zin toch met een hoofdletter.

Kies de juiste aanhef als je de geadresseerde niet kent

1. Geachte heer mevrouw,
2. Geachte heren en mevrouwen
3. Geachte heer, mevrouw,
4. Geachte heer/mevrouw,

Kies de juiste schrijfwijze voor de plaats en de datum in een zakelijke brief

1. Amsterdam 2 november 2016
2. Amsterdam, 2 November 2016
3. Amsterdam, 2 november 2016
4. Amsterdam, 2-11-2016

INFORMEEL

FORMEEL

Ik hoop u hiermee voldoende geinformeerd te hebben

Met mij gaat alles prima hoor.

Mochten er vragen zijn dan hoor ik het graag.

Geachte heer/mevrouw,

Laat je even wat van je horen?

Ik moet binnen drie dagen antwoord hebben

Wat komt in een zakelijke brief of e-mail VOOR de inleiding?

1. Afsluiting
2. Kern
3. Adres van geadresseerde
4. Aanhef

Mijn naam is Samantha de Rade. Ik schrijf u deze brief/ e-mail, omdat ik een vraag heb over een telefoon.
Deze tekst hoort bij de .......

1. Kern
2. Inleiding
3. Slot

Do’s:

·       Schrijf in korte zinnen.

·       Schrijf in beleefde,
nette taal.

·       Controleer je brief op
spelfouten.

·       Beschrijf duidelijk en
precies wat je bedoelt.

Don’ts:

·       Gebruik geen
ouderwetse woorden en blijf te allen tijde netjes

·       Gebruik niet teveel
moeilijke woorden.

EINDE