Woordvolgorde in een vraagzin

Zet deze woorden in de juiste volgorde:
We - after school - at 3 o'clock - meet
1 / 13
next
Slide 1: Open question
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Zet deze woorden in de juiste volgorde:
We - after school - at 3 o'clock - meet

Slide 1 - Open question

Vorm een vraag met deze woorden:
I - help - can - you - ?

Slide 2 - Open question

Woordvolgorde bevestigende zin


Wie? - doet? - wat/wie? - waar? - wanneer?
Onderwerp - werkwoorden - lijden vw/meewerkend vw - plaatsbepaling - tijdsbepaling.

Slide 3 - Slide

Woordvolgorde vragende zin
1. Who/what/which in de zin?
Vooraan zetten en ww erachter.
2. Vorm van to be in de zin?
vorm van to be vooraan zetten.
3. Ander hulpww in de zin?
Hulp ww vooraan.

Slide 4 - Slide

Woordvolgorde vraagzin
4. Geen van deze opties hierboven?
Begin de vraag met do/does (tegenwoordige tijd)
of
did (verleden tijd)
Daarna komt het hele werkwoord.

Slide 5 - Slide

Voorbeelden vraagzinnen
Who is your idol?
Are you a good student?
Will he ever know the truth?
Do you live in England?
Does he like chocolate?
Did you go to school yesterday?

Slide 6 - Slide

Welke vraagzin is correct?
I love chocolate.

A
Love I chocolate?
B
Do I love chocolate?

Slide 7 - Quiz

Welke vraagzin is correct?
I walk to school.
A
Do I walk to school?
B
Walk I to school?

Slide 8 - Quiz

Welke vraagzin is correct?
Frank has got a big room.
A
Has Frank got a big room?
B
Does Frank have got a big room?

Slide 9 - Quiz

Welke vraagzin is correct?
Julie and Jane have got the same bikes.
A
Have Julie and Jane got the same bikes?
B
Doe Julie and Jane have got the same bikes?

Slide 10 - Quiz

Oefening
Maak nu exercise 3A uit je AB op p79.

Slide 11 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 12 - Open question

Wat vind je nog lastig aan vragen maken?

Slide 13 - Open question