Grammatica zinsdelen

Nederlands 
Grammatica 

Klaarleggen: huiswerk 

Alleen boek en (aantekeningen)schrift nodig 

1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands 
Grammatica 

Klaarleggen: huiswerk 

Alleen boek en (aantekeningen)schrift nodig 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
1. Huiswerk nakijken 
2. Uitleg ambiguïteit 
3. Opdrachten maken
4. Lezen/boekverslag 3 (18 juni)

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Grammatica zinsdelen 
Toetsweek: 
Beknopte bijzin (h4)
Bedrijvende en lijdende vorm (H5)
Ambiguïteit (h6)

Ook woordsoorten 

Slide 5 - Slide

Ambiguïteit

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Wat gaat er mis op het plaatje van Fokke en Sukke?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

Ambiguïteit
Ambigue = dubbelzinnig 
(op meerdere manieren op te vatten door bijvoorbeeld):
1) gebruik van homoniem (woord met meerdere betekenissen)
2) woordgroep met meerdere betekenissen
3) Redekundig ontleden
4) onduidelijke verwijzing

Slide 10 - Slide

1. homoniem (woord met meerdere betekenissen)
De taxichauffeur zette zijn klanten af.

Hier kan afzetten betekenen 'afleveren', maar ook 'te veel laten betalen'.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

2. Woordgroep (met meerdere betekenissen)
Jeroen bekijkt de nieuwste tekening van zijn zoon. Dat kan betekenen:
  • De nieuwste tekening waarvan zijn zoon de eigenaar is (zijn bezit).
  • De nieuwste tekening waarop zijn zoon staat afgebeeld.
  • De nieuwste tekening die zijn zoon gemaakt heeft.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

3. Ontleden (op verschillende manieren ontleden met verschillende betekenissen)
Ferdinand groette de man met de pet.

Twee mogelijkheden:
De man met de pet= lijdend voorwerp
anders gezegd: De man met de pet wordt gegroet door Ferdinand.

De man= lijdend voorwerp
met de pet= bijwoordelijke bepaling
Anders gezegd: Met de pet groette Ferdinand de man.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

4. Onduidelijke verwijzing
Peter ging op vakantie met een oud-collega en zijn vrouw.

             Het is niet duidelijk om wiens vrouw het gaat.

Kees sloeg Hans bij de bank, waarna hij wegliep.
            Wie is hij?
            Om welke bank gaat het?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Waarom is de kop dubbelzinnig?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Op welke manieren kun je deze kop interpreteren?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Wat is er dubbelzinnig aan de poster?

Slide 26 - Open question

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Bedenk eens zelf een ambigue zin.

Slide 30 - Open question

Maak opdracht 1 t/m 4
Klaar?
Lezen/boekverslag 
timer
2:00

Slide 31 - Slide