Bouwstenen literatuur 2A

Bouwstenen van een verhaal
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bouwstenen van een verhaal

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lotte
Nina
Jean-Paul
Madame Moreau

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Personages 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Lotte is een ...
A
hoofdpersonage.
B
nevenpersonage.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Jean-Paul is een ...
A
hoofdpersonage.
B
nevenpersonage.

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Lees het volgende fragment.
Wat weet je over Maria?
En over Herter?
Noteer kort.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


Bij de Baggage Claim rukte Maria een wagentje uit de in elkaar geschoven rij, terwijl Herter met zijn jas over zijn arm tegen een pilaar leunde. Het volle haar rondom zijn scherpe gezicht sloeg als vlammen uit zijn hoofd, maar tegelijk was het zo wit als het schuim van de branding. Hij droeg een groenig tweed pak met vest, dat tot taak leek te hebben zijn lange, smalle, breekbare, welhaast doorzichtige lichaam bij elkaar te houden; na twee kankeroperaties en een hersenbloeding voelde hij zich fysiek als een schaduw van de schaduw van wat hij eens was – maar alleen fysiek. Met zijn koele, grijsblauwe ogen keek hij naar Maria, die als een jachthond bij een vossenhol haar ogen gevestigd hield op de rubberen flappen, die het ene moment een kalfsleren tas van Hermès doorlieten, het volgende een armoedig, met touw dichtgebonden pakket. Ook zij was lang en slank, maar dertig jaar jonger dan hij en dertig keer sterker. Met krachtige zwaaien trok zij hun koffers van de lopende band en zette ze in dezelfde beweging op het karretje.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

verschillende slides met voorbeelden verschillende tijd 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welke dingen kennen de personages als het verhaal zich in de volgende tijd afspeelt. Wat zullen ze doen?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Prehistorie

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions

onze tijd

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

de toekomst

Slide 13 - Mind map

This item has no instructions

Tijd

Slide 14 - Slide

verhaal goed bergrijpen: tijd kennen: eigen gewoonten en cultuur die gedrag personages, leefomstandigheden; gedachten en gevoelens bepalen
In welke tijd speelt dit fragment zich af?
Steen hoort bij een groep die tracht te overleven in deze ruwe tijden. Hij is blij als hij mag meegaan met de jagers van de groep. Maar het leven is moeilijk en Steen is net iéts anders dan de anderen. Hij denkt na over de dingen.
Steen redt een bijzonder meisje dat tot een rivaliserende groep behoort dat hun gebied binnendringt. Zij kan vuur maken! Vuurmeisje wijkt niet van zijn zijde.
Na de dood van hun leider kan Steen leider worden van hun groep. Maar hij heeft een grote rivaal.
Steen zal met Vuurmeisje de groep verlaten, maar dat is meer een voordeel dan een nadeel. Hij leert heel wat over andere manieren van leven

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

In welke tijd speelt dit fragment zich af?
“Karel was het grootst als veldheer en veroveraar. In vijfentwintig veldtochten leed hij slechts tweemaal een nederlaag: in de strijd tegen de Moren bij Roncesvalles en tegen de Saksen bij Süntelberg. Op beide slagvelden was hij zelf overigens niet aanwezig. Bij alle andere gelegenheden kwam hij al zegevierend uit de strijd. De basis van zijn succes lag in een goed uitgerust en behoorlijk geoefend leger. Kern daarvan was een ruiterij die gerekruteerd was uit de bevoorrechte en alleen al daarom loyale klasse, de ridders. Zij waren gewapend met een zwaard, een schild en een lans en hadden zich in tamelijk primitieve maar wel efficiënte harnassen gestoken. De gevechtskleding bestond uit een lange maliënkolder, gecompleteerd met helm, arm- en beenkappen. Het voetvolk had de beschikking over speren, bijlen, soms een zwaard, en een korte, gemakkelijk te hanteren boog met een goedgevulde pijlkoker.”

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

In welke tijd speelt dit fragment zich af?
Het is 2514. William Miller is 14 en woont op het woonschip de Argo. De aarde is haast onbewoonbaar geworden. Mensen wonen op aan elkaar gelaste schepen die tot drijvende steden zijn omgebouwd. William heeft sterk ontwikkelde zintuigen en zal daar ook gebruik van maken. Hij raakt verwikkeld in een machtsstrijd, waarbij de vijand van zijn vader de macht over het woonschip wil overnemen. William moet al zijn kunnen en zijn macht inzetten om zijn 'stad' te redden.

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Wat zou de ruimte in een verhaal kunnen zijn?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

kan letterlijk het heelal zijn, want het is de plaats waar een verhaal zich afspeelt
die kan echt bestaan of verzonnen zijn
Welke verhaal past bij deze plaats?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Een donker bos

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Een zonnig Parijs

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

Slide 23 - Link

This item has no instructions