1.3 Lezen les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

1.3 lezen les 2

Klascode

mwijy

Lesdoelen

- Je weet wat een artikel is.

- Je kunt het onderwerp en hoofdgedachte van een tekst benoemen.

- Je kunt de opbouw van alinea's herkennen.

- Je kunt functies van inleiding en slot herkennen.

- Je kunt tekstverbanden herkennen.

Klascode 

mwijy

Woord van de week

FLAMBOYANT

Start les. 

Stillezen 

Dit jaar 4 boekopdrachten, waarvan je twee boekopdrachten zelf een boek mag kiezen.

De eerste boekopdracht is een opdracht over een zelfgekozen boek:

 C-boek of hoger

 Minimaal één zelfgekozen D-boek

 Maximaal één boek mag een novelle mag zijn (korter dan honderd bladzijden)

 Je mag van elke schrijver maximaal één boek lezen

Zie print van de eisen. Volgende les heb je het boek mee!

Huiswerk

Opdrachten H1.3

opdracht 2,4,5 en 6

Wat is een informatieve tekst?

Noem eens een voorbeeld van een informatieve tekst

Wat is het onderwerp van een tekst?

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

Tekstverbanden blz. 31 (v:33)

• opsommend
  
• tijdsvolgend
• tegenstellend
• uitleggend (voorbeeld)
• redengevend

• concluderend
• vergelijkend
  
• samenvattend
• oorzaak/gevolg
• middel/doel
• voorwaardelijk

Wat is het verband in deze zin:
Jesse houdt zowel van skaten als van freerunnen.

1. opsommend
2. tijdsvolgorde
3. vergelijkend
4. middel/doel

Wat is het verband in deze zin:
Mourad leent zijn fiets uit aan Masja, want zij heeft een lekke band.

1. opsommend
2. samenvattend
3. redengevend
4. oorzaak/gevolg

Wat is het verband in deze zin:
Masja heeft een lekke band, doordat ze door glasscherven is gereden.

1. opsommend
2. samenvattend
3. redengevend
4. oorzaak/gevolg

Tekstverbanden

Op bladzijde 31 zie je een overzicht met bijbehorende signaalwoorden. 

Signaalwoorden helpen je om een tekst te begrijpen en om een goed leesbare tekst te schrijven.

(Je hoeft dit dus niet op te kunnen dreunen, maar wel herkennen in een tekst.)

Alineaopbouw blz. 28 

In bijna elke alinea staat een kernzin, met daarin de belangrijkste informatie. De rest is uitleg. (kernzin kan een vraag zijn)

- Eerste zin en dan uitleg.

- Tweede (soms derde) zin, dan uitleg. Bij een inleidende of verbindende overgangszin.

- Laatste zin. Als de alinea naar een conclusie toewerkt.

Functies van inleiding en

• onderwerp noemen
• aanleiding noemen
• centrale vraag stellen
• mening geven
• samenvatting 
• perso(o)n(en) introduceren

slot blz. 29 

• conclusie / samenvatting
• advies / waarschuwing
• toekomstverwachting uitspreken

Huiswerk

Opdrachten H1.3

opdracht 8,9 11 en 12

Lesdoelen

- Je weet wat een artikel is.

- Je kunt het onderwerp en hoofdgedachte van een tekst benoemen.

- Je kunt de opbouw van alinea's herkennen.

- Je kunt functies van inleiding en slot herkennen.

- Je kunt tekstverbanden herkennen.