HIN - 3HA Homofone werkwoordsvormen

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 32 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
Bij Nederlands

Slide 1 - Slide

Startvraag
"Hoe zou je het verschil uitleggen tussen 'word' en 'wordt' zonder de spellingsregels te noemen?"
Kun je een zin bedenken waarin 'liggen' en 'leggen' allebei zouden kunnen passen, maar waarbij de betekenis van de zin verandert?"
havo
plus 
antwoord 
timer
4:00

Slide 2 - Slide

Fijn dat je er bent!
Pak je lesboek op blz 257, 
je etui met een 
pen en log in op deze LessonUp. 




timer
3:00

Slide 3 - Slide

Vandaag
  • Startopdracht 
  • Dagopening 
  • Herhaling vervoeging van Engelse werkwoorden 
  • Uitleg homofone werkwoordsvormen 
  • Aan de slag. 
  • Huiswerk nakijken (studiewijzer) 
  • Evaluatie 

Slide 4 - Slide

Woensdag 25 september: Reflecteren
Dagopening

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat gebeurt er als één 
iemand alle macht heeft?




Wat weet jij over dictators? 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Welkom bij het vak Nederlands
  • Telefoon in de tas
  • We gaan direct op onze eigen plek zitten
  • Niet naar de wc tijdens de les, alleen bij hoge nood
  • Stil is ook stil.  Steek je hand wanneer je wat wilt vragen
  • Zitten volgens plattegrond (mits aanwezig) 
  • Luisteren naar elkaar als iemand anders aan het woord is 
  • Luisteren naar de docent als de docent aan het woord is



Slide 9 - Slide

Even checken: 
Wat moet je verplicht meenemen voor iedere les:

  • Lesboek en leesboek 
  • Laptop 
  • Schrift
  • Pen

Slide 10 - Slide

Wat leer je deze les?

- Ik kan werkwoorden uit het Engels vervoegen.
- Ik kan Engelse werkwoorden correct spellen.  
- Ik kan verschillende, maar gelijkluidende werkwoordsvormen op de juiste manier spellen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Werkwoorden vervoegen uit het Engels
Opdracht 5 minuten:    
schrijf zoveel mogelijk Engelse werkwoorden op  die we in het Nederlands gebruiken, doe dit samen met je buurman of buurvrouw 

probeer een werkwoord te vervoegen in tt en vt 
ik..................
jij...............
hij................
timer
5:00

Slide 13 - Slide

Hoeveel heb je? Lees ze voor.

Slide 14 - Slide

Basisregel. 
De ik-vorm van een Engels werkwoord maak je net als 'gewone' werkwoorden door -en van het werkwoord af te halen 
(relaxen – relax; e-mailen – e-mail). 

Soms moet je alleen een -n verwijderen: racen – race; timen – time. --> uitspraak! (je zegt niet ract): 
racen - race, faken - fake



Slide 15 - Slide

EHBO bij uitspraakproblemen

Soms krijg je een uitspraakprobleem wanneer je Engelse werkwoorden vervoegt.
Je behoudt dan soms de "e" om dit te voorkomen. 
Kijk maar eens:
Racen - stam = rac. 
Verleden tijd = racete, want racte klinkt niet goed. 

Slide 16 - Slide

Heb je een vraag?

Slide 17 - Slide

Homofone werkwoordsvormen
NN7 - Spelling §11 - 3H

Slide 18 - Slide

Leerdoel van deze paragraaf:
Je leert verschillende werkwoordsvormen die hetzelfde klinken op de juiste manier spellen.

Slide 19 - Slide

Homofone werkwoordsvormen zijn werkwoordsvormen die verschillend gespeld worden, hoewel ze hetzelfde klinken. Denk aan vormen als bind en bindt, gelooft en geloofd, rusten en rustten en vergrootte en vergrote

‘Homofoon’ betekent ‘gelijk van klank’.

Slide 20 - Slide

d of dt?
Bekijk de volgende zin:
– Victor vindt pizza het lekkerste wat er bestaat, maar ik vind pizza te vet en te zout.

De keuze tussen d en dt komt voor bij de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt) enkelvoud van werkwoorden met in de infinitief een d voor de uitgang en (antwoorden, redden, vinden).

Slide 21 - Slide

d of dt?

Bekijk de volgende zin:
– Op de meeste dagen gebeurt er niks bijzonders op school, maar vandaag is er toch iets spannends gebeurd.

De keuze tussen d of t komt voor bij de persoonsvorm tegenwoordige tijd enkelvoud en het voltooid deelwoord (vd): gebeurt, verdient (pvtt) en gebeurd, verdiend (vd). Dat speelt bij zwakke werkwoorden waarvan de letter voor de uitgang en niet in ’t(e) x - f (o) k s ch (aa) p zit, zoals gebeuren en verdienen.

Slide 22 - Slide







Kijk op blz 257 voor de uitleg of op de video-uitleg op NN 

Slide 23 - Slide

Aan de slag 
Maken:
Opdr. 1 t/m 5 (blz. 258-259)
Huiswerk nakijken (studiewijzer Magister)

Klaar? Stillezen in je leesboek
of 3PAK
timer
10:00

Slide 24 - Slide

Heb je een vraag?

Slide 25 - Slide

Lesdoelen gehaald?
  • - Ik kan werkwoorden uit het Engels vervoegen.

  • - Ik kan Engelse werkwoorden correct spellen.  
  • - Ik kan verschillende, maar gelijkluidende werkwoordsvormen op de juiste manier spellen.

Slide 26 - Slide

Ik heb de lesdoelen gehaald.
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Wie heeft nog een vraag over wat we vandaag hebben behandeld?

Slide 28 - Slide

Evaluatie 
  1. wat ging er goed en wat minder?
  2. is het leerdoel helder?
  3.  weet je wat je moet doen?
  4. heb je vragen en of opmerkingen?




Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Fijne dag. Tot morgen: korte les. 

Slide 31 - Slide

Evaluatie 
  1. Heb je de woordsoorten opgefrist?
  2. Welk onderdeel heeft nog wat extra aandacht nodig? Hoe ga je dat aanpakken?
  3. Wat heb je nodig om je taak voor de volgende les te doen?

Nog vragen? 

Dinsdag  SO zinsdelen blok 1 en 2 



Slide 32 - Slide