TB nr.8 p.66
Werkwoorden met een onregelmatige ik-vorm
hacer = doen, maken ik-vorm = hago
poner = (neer)zetten, (neer)leggen ik-vorm = pongo
venir = komen ik-vorm = vengo
decir = zeggen ik-vorm = digo
salir = uitgaan, vertrekken ik-vorm = salgo
traer = brengen ik-vorm = traigo
(WB.oef.16 p.72)