Introductie - les 3 + 4

Communicatie in de zorg
1 / 26
next
Slide 1: Slide
IntroductieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Communicatie in de zorg

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe gaat het met je?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

Wat weet je al van communicatie?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Communicatie
= Communiceren is het met elkaar in contact treden en uitwisselen van informatie.


Slide 4 - Slide

Communiceren doe je iedere dag en overal. Op je werk, in je vrije tijd, bewust en onbewust. De manier waarop je communiceert kan veel invloed hebben op je contact met mensen. Binnen je werk speelt communicatie dan ook een belangrijke rol in je omgang met zorgvragers, hun naasten en je collega’s.
Is er een verschil tussen de communicatie van een man en vrouw? Licht je antwoord toe

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Communicatie man versus vrouw
This video is no longer available
Welke video was dit?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verbale en non- verbale communicatie
Verbale communicatie = Alle communicatie waarbij iemand met woorden (gesproken/ geschreven) informatie overbrengt. 

Nonverbale communicatie = Alle communicatie die niet via woorden verloopt (dit gebeurt bewust en onbewust). 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verbale communicatie
Communicatie verloopt goed indien de zender en boodschapper dezelfde betekenis geven aan een woord. 

Gebeurt dit niet, is er sprake van een interpretatiefout.

Interpreteren = Betekenis toekennen aan wat je waarneemt (hoort/ leest) 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Alle gedrag is communicatie
Er bestaat geen NIET COMMUNICEREN, zelfs als je NIETS doet communiceer je.





Het effect van de boodschap wordt ( volgens onderzoekers) voor 7 % bepaald door de gebruikte woorden, intonatie is 38 % en lichaamstaal door 55 %.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat is non-verbale communicatie?
A
gezichtsuitdrukking
B
taal
C
lichaamstaal
D
geluiden

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Je zorgvrager aankijken is
A
verbale communicatie
B
non-verbale communicatie
C
mimiek
D
directe communicatie

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Op de vorige afbeelding zag je een gesprek tussen twee mensen over een hond .

Vinden jullie dit een vorm van goede communicatie of slechte ? Wat kan er aan verbeterd worden ?
Waarnemen doe je apart van elkaar en niet op dezelfde manier. Denk eens aan  herinneringen van zussen uit 1 gezin....

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Canvas

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

De groepen
  1. Niké, Tessa Janmaat, Daniek
  2. Britt, Chamilla, Adriano
  3. Hanne, Tessa Jansen, Aniek
  4. Famke, Marijke, Lisa
  5. Femke, Evie, Naomi
  6. Danielle, Emile, Anouk
  7. Charissa, Luna, Anne

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Van welke vorm(en) van communicatie was er sprake gedurende het Mister Bean fragment?
A
Interactie
B
Communicatie
C
Beiden

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Kenmerken oudere zorgvrager

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al van de oudere zorgvrager?

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

Toename oudere zorgvragers
Grotere kans om ziek te worden
Je gaat werken met verschillende leeftijden.


Hoe zal de omgang met ouderen volgens jou zijn?
Hoe zal de omgang met ouderen volgens jou zijn?

Slide 20 - Slide

Er zijn relatief veel ouderen in onze maatschappij. Oudere mensen hebben een grotere kans om ziek te worden. Je komt daardoor steeds meer oudere zorgvragers tegen in de gezondheidszorg.
Veroudering gaat samen met allerlei veranderingen op lichamelijk, geestelijk en sociaal gebied. Op zich hoeft veroudering niet tot gebreken te leiden. Toch zien we bij ouderen vaak wel achteruitgang en gezondheidsproblemen.
De combinatie van levensgeschiedenis en rijkdom aan levenservaring maakt de omgang met ouderen heel interessant. Het is een uitdaging om te gaan met mensen die al een heel leven achter zich hebben en in een heel andere tijd zijn opgegroeid dan jij. In deze leereenheid gaan we in op de consequenties die de levensfase en de verouderingsprocessen hebben voor de zorgverlening.
Omgaan met ouder worden
Ouderdom komt met gebreken
Hoe iemand omgaat met ouder worden, hangt af van:
  • zijn levensloop tot nu toe
  • de levensloopfase waarin hij zit
  • het levensperspectief dat hij heeft

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

De term kwetsbare oudere geldt voor iedere oudere zorgvrager?
A
Ja klopt
B
Nee klopt niet

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Vasthouden aan ‘oude’ normen en waarden geeft, vooral bij de oudere zorgvrager, een veilig gevoel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht Canvas

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

De groepen
  1. Niké, Tessa Janmaat, Daniek
  2. Britt, Chamilla, Adriano
  3. Hanne, Tessa Jansen, Aniek
  4. Famke, Marijke, Lisa
  5. Femke, Evie, Naomi
  6. Danielle, Emile, Anouk
  7. Charissa, Luna, Anne

Slide 26 - Slide

This item has no instructions