Brugklas_recap_to be

'to be'
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

'to be'

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van de les heb ik 'to be' herhaald en vragen kunnen stellen.


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

to be
to be = werkwoord (verb)
to be = zijn

Slide 4 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'

Ik
ben
Jij
bent
zij
is
Hij 
is
Het
is
Wij
zijn
Jullie
zijn
Zij
zijn
I
am
I'm
You
are
You're
She
is
She's
He
is
He's
It
is
It's
We
are
We're
You
are
You're
They
are
They're

Slide 5 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'
negative
(ont-
kennend)
I
am not
I'm not
You
are not
You're not
She
is not
She's not
He
is not
He's not
It
is not
It's not
We
are not
We're not
You
are not
You're not
They
are not
They're not
Ik
ben niet
Jij
bent niet
zij
is niet
Hij 
is niet
Het
is niet
Wij
zijn niet
Jullie
zijn niet
Zij
zijn niet

Slide 6 - Slide

werkwoord 'zijn'


verb 'to be'
'To be'
question
(vragend)
Ben
ik?
Ben
jij?
Is
zij?
Is
hij?
Is
het?
Zijn
wij?
Zijn
jullie?
Zijn
zij?
Am
I
Are
you?
Is
she?
Is
he?
Is
it?
Are
we?
Are
you?
Are
they?

Slide 7 - Slide


... it going to be a difficult test?
A
am
B
to be
C
are
D
is

Slide 8 - Quiz


Wat zijn 3 vormen van to be?

Slide 9 - Open question

(to be)
Tom and Anne ......... laughing.

Slide 10 - Open question

Maak de ontkenning met 'to be':
She ...... (not-to be) happy.

Slide 11 - Open question

All Right Unit 1: England
Reading: mh1 opdracht 6 t/m 9

Reading: hv1 opdracht 6 t/m 8, en 13

Slide 12 - Slide