H1.4 Verschillen in de wereld

H1 'Arm en Rijk'


cursus 1.4 'verschillen in de wereld'




1 / 12
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

H1 'Arm en Rijk'


cursus 1.4 'verschillen in de wereld'




Slide 1 - Slide

Planning

  • lesdoelen vorige les
  • Lesdoelen deze les
  • Aan de slag
  • Lesdoelen evalueren


Slide 2 - Slide

Was zijn basisbehoeften en wat is er een goed voorbeeld van?
A
Alles wat nodig is om te kunnen leven, zoals een auto.
B
Dingen die je niet perse nodig hebt om te kunnen leven, zoals een telefoon.
C
Alles wat nodig is om te kunnen leven, zoals kleding.
D
Dingen die je niet perse nodig hebt om te kunnen leven, zoals onderwijs.

Slide 3 - Quiz

Leg het verschil uit in wonen en werken in ontwikkelingslanden (India) en Nederland.

Slide 4 - Open question

Leg het verschil uit tussen welvaart en welzijn.
Noem een voorbeeld.

Slide 5 - Open question

Lesdoelen 1.4
  • Je kunt uitleggen dat arme en rijke landen elkaar nodig hebben. Je kunt hier een voorbeeld bij geven.

  • Leg het verschil uit tussen sociale ongelijkheid en regionale ongelijkheid.

  • Je kunt een voordeel en een nadeel noemen van ontwikkelingshulp.


Slide 6 - Slide

Rijke en arme landen
  • Mensen in rijken landen werken vooral in de diensten.

  • Mensen in arme landen werken vooral in de landbouw.

  • Landen waarbij veel mensen in de industrie werken worden meestal volgers genoemd. Hier wonen rijke mensen, maar ook veel arme mensen, zoals China.

Slide 7 - Slide

Rijke en arme landen hebben elkaar nodig omdat:
  • Rijke landen hun spullen laten maken in arme landen. Omdat mensen hier weinig betaald krijgen blijven de prijzen in de winkels in rijke landen laag.

  • Arme landen afhankelijk zijn van de hulp van rijkere landen. bijvoorbeeld voor het bouwen van scholen of voedsel.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Sociale en regionale ongelijkheid
  • Sociale ongelijkheid: verschillen in welvaart tussen mensen.
  • De rijkste 1% procent van de wereld bezit evenveel geld als de overige 99 procent.

  • Regionale ongelijkheid: verschillen tussen rijke en arme gebieden binnen een land.
  • De rijkste 1% van Nederland bezit  27,3% van het totale vermogen.

Slide 10 - Slide

Aan de slag
Maken:
  • Cursus 1.4 blz. 36 t/m 41 opdr. 2a, 5, 6, 9, 10
  • Begrippen en betekenissen


Klaar:

  • Herhaling blz. 42
  • Verdieping blz. 43
  • Topografie blz. 46, 47

Slide 11 - Slide

Evaluatie Lesdoelen 1.4
  • Je kunt uitleggen dat arme en rijke landen elkaar nodig hebben. Je kunt hier een voorbeeld bij geven.

  • Leg het verschil uit tussen sociale ongelijkheid en regionale ongelijkheid.

  • Je kunt een voordeel en een nadeel noemen van ontwikkelingshulp.


Slide 12 - Slide