Les 16 - 07-01-2025 Prepositions Of Time And Place
LEZEN!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
LEZEN!
Slide 1 - Slide
Prepositions of time&place
07-01-25
Slide 2 - Slide
Prepositions
(of time and place)
Prepositions zijn voorzetsels.
Wie weet wat voorzetsels zijn?
Slide 3 - Slide
Voorzetsels zijn woorden als aan, in, op, uit en voor. Ze vormen meestal het begin van een woordgroep: aan de muur, in de kast, op donderdag, uit gewoonte, enz......
Slide 4 - Slide
Prepositions of time
- Geeft aan wanneer iets gebeurd
'on': dagen en datums/data
I have a game on Saturday.
In: maanden, jaren, seizoenen en specifieke delen van de dag
I woke up in the afternoon.
At: tijden en feestdagen
I saw my aunt at Christmas/The concert starts at 7 PM.
Slide 5 - Slide
Prepositions of place
- Geeft aan waar iets gebeurd
On: openbaar vervoer en iets ligt ergens bovenop
My phone is on the table/She left her umbrella on the train.
In: plekken in de natuur, landen en als iets ergens in is
He took photos in the forest.
At: specifeke locaties, huisnummers en (namen van) gebouwen
I am at the supermarket/She lives at 25 Baker Street.
Slide 6 - Slide
prepositions of time and place
Now practise! Choose between in, at, on
Slide 7 - Slide
My birthday is ____ January.
timer
0:20
Slide 8 - Open question
My sister is ... school.
timer
1:00
Slide 9 - Open question
I will meet them there __ 9 o'clock.
timer
0:20
Slide 10 - Open question
I like to read ... the bus.
timer
0:20
Slide 11 - Open question
I will go on holiday _______ three days.
timer
0:20
Slide 12 - Open question
I am ... the railway station
timer
0:20
Slide 13 - Open question
Homework for friday
Vocabulary CH2 (NL-EN EN-NL)
Prepositions of time and place (your written notes)