IBO 3 - 10 januari

IBO 3 
Planning:
- Herhaling vorige lessen
- Opdrachten rondom werkprocessen
- Leskaart: werken met hoofd, handen en hart
- Starten met de leskaart rondom omgangsvormen

9.30 u - 9.45 u pauze


1 / 15
next
Slide 1: Slide
IboMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

IBO 3 
Planning:
- Herhaling vorige lessen
- Opdrachten rondom werkprocessen
- Leskaart: werken met hoofd, handen en hart
- Starten met de leskaart rondom omgangsvormen

9.30 u - 9.45 u pauze


Slide 1 - Slide

Lesdoelen

- Ik ken de begrippen vanuit de vorige lessen
- Ik weet hoe een werkproces eruit ziet en wat erbij hoort
- Ik weet wat beroepseisen zijn
en wat werken met het hoofd, handen en hart inhoudt

Slide 2 - Slide

30 seconds

Begrippen vorige lessen

Slide 3 - Slide

Werk voorbereiden, uitvoeren en afronden = proces
1. Eerst bereid je je werk voor.
2.  Dan ga je je werk uitvoeren. 
3. En aan het einde rond je je werk goed af.

Een proces bestaat uit een activiteiten (stappen) die in een bepaalde volgorde worden uitgevoerd. Een proces levert een resultaat op.


Slide 4 - Slide

Opdracht 31
Zelfstandig maken

Slide 5 - Slide

Juiste volgorde
Voorbereiden: 13, 8, 11, 9, 3

Uitvoeren: 10, 7, 2

Afronden: 5, 4, 1, 12

Resultaat: 6

Slide 6 - Slide

Samenwerken
- > Groepje waarmee je de lego-opdracht had gemaakt
Kijk samen eens terug:
- wat was belangrijk in het proces om de opdracht te kunnen doen?
- wat ging al goed?
- wat had beter of anders gekund?


Slide 7 - Slide

In een bedrijf vinden ook processen plaats. Die voer je meestal niet alleen uit. Soms wordt ieder stapje in een bedrijfsproces door iemand anders uitgevoerd. Samen zorg je dan voor het resultaat. Een proces wordt uitgevoerd om aan de klant een product of dienst te leveren.

Voorbeelden van de eigen werk- of stageplek?


Slide 8 - Slide

Leskaart B 3.3
Om je werk goed te doen werk je met je hoofd, je handen en je hart. 
 Om goed te kunnen werken:
-> Moet je dingen weten (hoofd). 
-> Je moet dingen kunnen (handen). 
-> En je moet weten hoe je je moet gedragen (hart). 

Samen noemen we dit de beroepseisen.

Slide 9 - Slide

Opdr. 33 en 34
Het filmpje bekijken we samen.
Ga daarna zelfstandig aan de slag met opdracht 33 en 34.

Lees eerst de opdracht door, zijn er vooraf vragen?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link


Schema samen vergelijken en compleet maken

Slide 12 - Slide

Leskaart 3.4 Omgangsvormen op het werk
Je houding, je gedrag en hoe je iets zegt, noemen we omgangsvormen. Deze leskaart gaat over hoe je je gedraagt op het werk, hoe je er uit ziet en wat je wel zegt en wat maar beter niet! Dat zijn de omgangsvormen op het werk.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Opdracht 36

Zelfstandig maken,
 kijk naar je eigen stage- of werkplek

Slide 15 - Slide