Klassenpost - deel 3

Klassenpost
Brieven schrijven naar een onbekende leeftijdsgenoot 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Klassenpost
Brieven schrijven naar een onbekende leeftijdsgenoot 

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Je leert: 

-  na te denken over de inhoud en de vorm van een brief
- na te denken over wat je precies wil en hoe je je doel kan bereiken met de brief
- hoe je een brief moet indelen



Slide 2 - Slide

De brief 
Een brief is een geschreven boodschap die je per post verstuurt in een envelop (gesloten en van een adres voorzien), maar je kunt hem ook zelf langsbrengen en overhandigen, in de brievenbus doen of onder de deur door schuiven. 

Schrijf je een brief, dan ben je de afzender.
Degene(n) aan wie je de brief schrijft, is (zijn) de geadresseerde(n) ofwel de ontvanger(s)

Slide 3 - Slide

Inhoud van een brief
Vanzelfsprekend is de inhoud van een brief belangrijk. Over welk(e) onderwerp(en) schrijf je: over ideeën, ervaringen, gedachten, gevoelens, meningen? En wil je informeren of amuseren, troosten of opvrolijken? Hoe bereik je dat effect? 

Slide 4 - Slide

De informele brief
Informeel wil zeggen: niet zakelijk, ongedwongen en meer tot de privésfeer behorend. 

In zo’n brief noem je iemand bij z’n voornaam en is je taalgebruik correct maar toch wat losser.

Slide 5 - Slide

Controle
Voordat je je brief verstuurt, kun je hem laten lezen aan een ander, bijvoorbeeld
een klasgenoot, een vriend(in), je vader en/of moeder. 
Ze checken de taal: de formulering, de 
spelling, het (hand)schrift en de lay-out. Ze bekijken of je tekst duidelijk of onduidelijk is,
interessant of saai, mooi of lelijk en beleefd of onbeleefd. 

Slide 6 - Slide

Indeling van een brief
Hoe ziet een officiële brief er eigenlijk uit?

Slide 7 - Slide

Indeling van de brief 

Briefhoofd:
Naam en adres van de afzender schrijf je als links bovenaan. Eventueel het onderwerp. Daarna sla je tweeregels over.
Dagtekening:
Plaats en datum . Daarna sla je twee regels over.
De aanhef:
Beste …
Je schrijft hier de naam van de ontvanger. Dan sla je een regel over.





Inhoud:
Alles wat je wilt vertellen in je brief. Als je veel wilt schrijven, telt je brief meer kantjes.
De afsluiting:
Je slaat een regel over en schrijft een slotzin.
Je slaat weer een regel over en schrijft een groet.
Je naam:
Je slaat twee regels over en schrijft je naam onder je brief.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Handschrift
Wat voor brief je ook schrijft, het gaat erom dat de ontvanger je boodschap begrijpt.
Hij moet hem kunnen lezen. 

Tips: 
- Schrijf de letters correct zodat ze direct herkenbaar zijn
- Zorg dat je handschrift regelmatig is
- Deel je brief overzichtelijk in.

Slide 10 - Slide

De envelop 
Een envelop is een omslag voor brieven. Je kunt ze kopen in verschillende maten en kleuren. De oudst bekende brieven hadden al een envelop. Die brieven werden in Mesopotamië (het land tussen Euphraat en Tigris, tegenwoordig Irak) geschreven door tekens met een stokje in platgedrukte kleitabletten te prikken. Die kleitabletten werden in de zon te drogen gelegd. Was de klei eenmaal uitgehard, dan kon je de tekens en dus de brief niet meer veranderen. Een garantie voor je boodschap. Vouwde je er vervolgens een dunne kleiplak omheen en legde je het hele pakketje nog een keer in de zon te drogen, dan kon de brief alleen gelezen worden als je de envelop letterlijk openbrak. Op die manier beschermde de envelop tegen beschadiging
en tegen de nieuwsgierige ogen van de bode: die kon je brief nooit stiekem lezen!
Maar goed ook, want een brief is persoonlijk. 

Slide 11 - Slide

Indeling envelop
                                    
                                      [NAAM SCHOOL]
                                      T.a.v. [NAAM SCHRIJFMAATJE]
                                      [KLAS]
                                      Straatnaam en huisnummer
                                      Postcode + plaats 
                                      Land 

Slide 12 - Slide

Onderwerpen voor in je brief
Waar kun je over vertellen?

Slide 13 - Slide

Onderwerpen voor in je brief
- Wie ben je? In welke klas zit je? In welke plaats woon je? 
- Over je thuis (denk goed na over wat je wil vertellen en wat niet), je huisdieren
- Je favoriete schoolvakken en de school zelf
- Je muzikale voorkeur, hobby's, favoriete sport
- Over een missie waar je voor gaat (plastic de wereld uit, een nieuw schoolplein, beter klimaat enz.).
- Wat voor boek ben je nu aan het lezen? Waar gaat het over?

Slide 14 - Slide

Opdracht
Schrijf een brief naar je schrijfmaatje. 

Let daarbij op de inhoud, indeling, spelling en taalgebruik. 

Slide 15 - Slide