Unit 2 3M New interface Creativity lesson 1

Welcome M3A
To do:
Toets Unit 1 History bekijken in Learnbeat
Newsround
Start Unit 2 Creativity

Lesdoelen:
-  Ik kan de past simple toepassen
- Ik leer meer over wat er nu speelt in de wereld
Ik weet hoe ik bezit kan aangeven in het Engels.
- ik oefen mijn leesvaardigheid
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolmavoLeerroute MLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welcome M3A
To do:
Toets Unit 1 History bekijken in Learnbeat
Newsround
Start Unit 2 Creativity

Lesdoelen:
-  Ik kan de past simple toepassen
- Ik leer meer over wat er nu speelt in de wereld
Ik weet hoe ik bezit kan aangeven in het Engels.
- ik oefen mijn leesvaardigheid

Slide 1 - Slide

Newsround
Ga naar je email en
 open het gedeelde document. 
Maak er een kopie van zodat je er in kunt werken.


Tijdens Newsround beantwoord je de vragen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Start Unit 2 lesson 1: Reading

  •  Open je book op blz 52 “ find out” . 
  • Bekijk de tekst over Richard Branson en maak opdracht 3
  • Samen lezen we de tekst.
  •  maak bijbehorende opdrachten 4 + 5  blz  54
  • Ga daarna door met Vocabulary opdracht 6+7 blz 55


timer
10:00

Slide 4 - Slide

Past simple. Wat weet je nog?

Slide 5 - Mind map

The Past Simple
A
is de tegenwoordige tijd
B
is de simpele verleden tijd
C
is de voltooid verleden tijd
D
is de voltooid tegenwoordige tijd

Slide 6 - Quiz


:)  ww + ED

:(  Didn't + ww (t.t)

?  Did + ww (t.t)



 :)  onreg. ww 2e rijtje




Uitleg Past Simple

Slide 7 - Slide

De regelmatige werkwoorden zet je in de Past Simple door
A
stam + ing
B
stam + s
C
die hebben allemaal een eigenvorm
D
stam + ed

Slide 8 - Quiz

Hieronder zie je onregelmatige werkwoorden die moet je leren. Welke klopt niet
A
have- had
B
see- seen
C
go -went
D
lie- lay

Slide 9 - Quiz

Maak een zin in de Past Simple

Slide 10 - Open question

Maak een vragende zin in de Past Simple

Slide 11 - Open question

Maak een ontkennende zin in de Past Simple

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Finish assignments  Grammar
  • Maak nu opdracht 8 blz 56  
timer
10:00

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

 aantekening: possessive 's
Om bezit aan te geven gebruik je 's

Het boek van Jamie - Jamie's book (persoon)
De wol van de schapen - the sheep's wool (dier)
Het nieuws van gisteren - Yesterday's news (tijd)

Je gebruikt 's om bezit aan te geven van:
een persoon, dier, tijd, product, bedrijf of winkel.


Slide 17 - Slide

Aantekening: possessive '
Als het woord al op een s eindigt zet je er  alleen ' achter
Dit is bijvoorbeeld als het woord in het meervoud eindigt op een s:

Het boek van mijn zussen - My sisters' book
Het boek van mijn broers - My brothers' book
Het boek van mijn ouders - My parents' book



Slide 18 - Slide

Choose the correct option
A
These are Michaels' feet
B
These are Michael's feet
C
These are Michaels feet
D
These are the feet of Michael

Slide 19 - Quiz

Choose the correct option
A
That is Samis phone
B
That is Sami's phone
C
That is Samis' phone

Slide 20 - Quiz

Choose the correct option
A
Those are my parents shoes
B
Those are my parents's shoes
C
Those are my parents' shoes
D
Those are the shoes of my parents

Slide 21 - Quiz

Choose the correct one
A
This is my sisters' book
B
This is my sister book's
C
This is my sisters's book
D
This is my sisters book

Slide 22 - Quiz

Hoe geef je bezit aan in het Engels bij personen?
A
Peters bike
B
Peter his bike
C
Peter's bike
D
The bike of Peter

Slide 23 - Quiz

Hoe bij woorden die al op een s eindigen?
A
The car of my parents
B
My parents' car
C
My parents car
D
My parents's car

Slide 24 - Quiz


aantekening: of the
We hebben net geleerd 's achter een woord te zetten om bezit aan te tonen. 
Hier is nog een manier voor namelijk ''of the''

Of the gebruik je alleen bij plaatsen, landen en dingen
De president van de VS - the president of the United States 
De hoofdstad van Duitsland - capitol of Germany
De dop van de fles - the cap of the bottle

Slide 25 - Slide

Choose the correct option
A
the windows of the house
B
the house's windows
C
the house' windows

Slide 26 - Quiz

Choose the correct option
A
the wall's colours
B
the colours of the walls
C
the walls' colours

Slide 27 - Quiz


A
the roof of the house
B
The house's roof
C
the houses roof

Slide 28 - Quiz

Hoe geef je bezit aan bij dingen?
A
The door of the car.
B
The car's door
C
The cars door
D
The car his door

Slide 29 - Quiz

Finish assignments 
  1. Maak opdracht 8+ 9  (bezit 's/'/of) blz 56+57
  2. afmaken vocabulary opdracht 6+7 blz 55

klaar: ga verder met je huiswerk in learnbeat (ipad) 
 Unit 2 Creativity --> F “ practise more” (opdr 1t/m7)

timer
15:00

Slide 30 - Slide

What did you learn this lesson mention two things!

Slide 31 - Open question

Homework Thursday 14/11 
2nd period


Leren woordjes 1 lesson 1 Unit 2 + grammar past simple/ bezit
Maken opdr 6/7/8/9 blz 55 + 57 boek + alle opdrachten in Learnbeat (ipad) 
Unit 2 Creativity --> F  “ practise more”   (opdr 1t/m7)

Slide 32 - Slide