3Bb w3 L1

1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Present Simple
De present simple komt voor bij gewoonte, regelmaat en feit

Dit kun je onthouden door GiRaF
• Water boils at 100 °C. (feit)
• Bart always bites his nails. (gewoonten)
• These kids often play with each other. (regelmatigheid)

Slide 3 - Slide

Signaalwoorden
De signaalwoorden kun je onthouden met
SNORfEUS
S ometimes
N ever
O ften
R egularly
E very
U sually
S eldom


Slide 4 - Slide

Hoe maken wij een zin in Present simple?
I, you, we en they + WW
I go to school.
SHIT
He, She en It +WW+ s of es
She goes to school.
He plays football.



Slide 5 - Slide

Present Continuous
In het Engels gebruik je de Present Continuous als je praat over iets wat nu aan de gang is, wat je op dit moment aan het doen bent. In moeilijke woorden noem je het de ‘duurvorm’, omdat het nog steeds voortduurt; het is nog steeds bezig.

Slide 6 - Slide

Signaalwoorden
Je kan het soms herkennen aan bepaalde signaalwoorden die laten zien dat iets NU gebeurt, 
bijvoorbeeld: at this moment, currently, right now, etc.

Slide 7 - Slide

Hoe maken wij een zin in Present Continuous?
De Present Continuous bestaat uit twee delen: een vorm van ‘to be’ (am/is/are) + een werkwoord met –ing erachter. De Present Continuous van ‘to play’ is dus: I am / He is / We are playing.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link