De GROTE ‘ Zo min mogelijk minpunten in mijn examen Nederlands’ Quiz!
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
De GROTE ‘ Zo min mogelijk minpunten in mijn examen Nederlands’ Quiz!
Slide 1 - Slide
Welke aanhef is juist?
A
Geachte Heer/ Mevrouw,
B
Geachte heer/mevrouw,
C
geachte heer
Slide 2 - Quiz
Yara de Ruiter woont in Amsterdam op de Zaanhof 66. Haar postcode is 1051 AM
Schrijf haar adres op de juiste manier.
Slide 3 - Open question
Je schrijft een klachtenbrief aan jouw telefoonprovider omdat ze onterecht geld van je rekening hebben afgeschreven. Op het moment dat je de brief schrijft, ben je in Huizen en is het maandag 2 mei 2017. Wat schrijf je achter betreft?
A
onterecht
B
rekening
C
klacht
D
je naam
Slide 4 - Quiz
Welke slotformule is juist?
A
Met Vriendelijke Groet,
Yara de Ruiter
B
Met vriendelijke groet,
Yara de Ruiter
C
M.V.G.,
Yara de Ruiter
D
Doei,
Yara
Slide 5 - Quiz
Wat is NIET de juiste manier om te bedanken in een brief of e-mail?
A
Bedankt
B
Alvast bedankt
C
Bij voorbaat dank
Slide 6 - Quiz
In welke zin is de komma juist geplaatst?
A
Ik wil hier niet zijn, maar het moet van de juf.
B
Ik wil hier niet zijn maar, het moet van de juf.
Slide 7 - Quiz
Welke zin is juist?
A
Ik ga met mijn vrienden naar de bioscoop.
B
Ik ga met me vrienden naar de bioscoop.
Ik ga met me vrienden naar de bioscoop.
Slide 8 - Quiz
Hoeveel witregels gebruik je na de aanhef?
A
geen
B
een
C
twee
Slide 9 - Quiz
Welke zin is juist?
A
Hij wil graag op vakantie naar Mallorca.
B
Hij wilt graag op vakantie naar Mallorca.
Slide 10 - Quiz
Wat is juist?
A
23-04-2023, Zundert
B
Zundert, 23-04-2023
C
23 april 2023 Zundert
D
Zundert, 23 april 2023
Slide 11 - Quiz
Wat is juist?
A
Betreft informatie reservering examenfeest
B
betreft informatie reservering examenfeest
C
betreft: informatie reservering examenfeest
D
Betreft: informatie reservering examenfeest
Slide 12 - Quiz
Welke informatie schrijf je in de inleiding van een brief of e-mail
A
Je stelt je zelf voor.
B
Je stelt jezelf voor en vertelt de reden waarom je je brief schrijft.
C
Je schrijft de reden van je brief.
Slide 13 - Quiz
Welke zin gebruik je om een inleiding mee te beginnen?
A
Ik ben Joshua Flipse. Ben 16
jaar en zit op Mencia Sandrode.
.
B
Ik ben Joshua. Ik ben 16 jaar en zit op Mencia Sandrode.
C
Mijn naam is Joshua Flipse. Ik ben 16 jaar en zit
op Mencia Sandrode.
D
Mijn naam is Joshua Flipse. Ben 16 jaar en zit op
Mencia Sandrode.
Slide 14 - Quiz
Wat is juist in een brief of een e-mail?
A
Wij zouden graag informatie van jullie willen ontvangen.
B
Wij willen graag informatie van u ontvangen.
Slide 15 - Quiz
Wat schrijf je onder een artikel?
A
Met vriendelijke groet,
Yara de Ruiter
B
Yara de Ruiter
C
Yara de Ruiter
Klas 4TL1
D
Yara de Ruiter
Klas 4TL1
C.T. Stork College
Slide 16 - Quiz
Wat schrijf je boven een artikel?
A
Geachte heer/mevrouw,
B
Een titel
C
Een titel en geachte heer/mevrouw
Slide 17 - Quiz
Welke zin is NIET juist?
A
Als u nog vragen heeft, hoor ik het graag?
B
Zou u zo vriendelijk willen zijn mij het materiaal op te sturen?
C
Als u nog vragen heeft, hoor ik het graag.
Slide 18 - Quiz
Citeer het zinsdeel uit alinea 3. Welke is goed?
A
Dit is het enige wat telt, lieverd, dat iemand meer in je ziet dan je wist dat er te zien was.
B
dat iemand meer in je ziet dan je wist dat er te zien was.
C
Dit is het enige dat telt
D
lieverd
Slide 19 - Quiz
Als ik klaar ben met mijn examen..
A
Ga ik zo snel mogelijk weg
B
Controleer ik of ik alle vragen heb gemaakt
C
Controleer ik of ik alle vragen heb gemaakt en controleer ik mijn
schrijfproducten op spelling, hoofdletters, interpunctie en inhoud