Ass. Begrippen blok 1

• Gezondheidzorg & Welzijn
• Voortgezet speciaal onderwijs

Assisteren in de Gezondheidszorg

Begrippen blok 0 & 1.

Schrijf de juiste antwoorden over

Frontoffice

1. Kantoor
2. Balie waar allemaal informatie ligt
3. Verzamelnaam voor afdelingen met klantcontact

Consultatiebureau

1. Daar ga je heen als je oud bent
2. Adviesbureau over je gezondheid,met name voor baby's

Diëtist

1. Deskundige gespecialiseerd in voeding en diëten
2. Helpt je het sporten

Fysiotherapeut

1. Helpt je bij het goed bewegen en sporten
2. Begeleid je bij intensief sporten
3. Deskundige gespecialiseerd in spieren,banden etc.

Logopedist

1. Helpt bij voeding
2. Deskundige in spraak, taal, stem en gehoor

Verloskundige

1. Werkt alleen in het ziekenhuis
2. Zorgverlener die zwangere vrouwen begeleid

Instructie

1. Uitleg hoe je iets moet doen
2. Iets ondernemen

Verwijzing

1. Door sturen naar school
2. Patiënt doorsturen naar een andere zorgverlener

Eerstelijnszorg

1. Zorg die niet direct toegankelijk is
2. Zorg die direct toegankelijk is

Tweedelijnszorg

1. Zorg waar je direct naar toe kan
2. Zorg wat gelijk leverbaar is
3. Zorg waar een verwijzing voor nodig is

Extramurale Zorg

1. Zorg buiten de muren van een instelling
2. Zorg binnen de muren van een instelling

Intramurale zorg

1. Zorg die buiten de muren van een instelling plaatsvindt
2. Zorg die binnen de muren van een instelling plaatsvindt

Semimurale zorg

1. Zorg tussen intra en extramurale zorg in
2. Alle zorgleverens

Transmurale zorg

1. Zorg binnen de muren van een instelling
2. Combinatie van zorg thuis en in een instelling

Professionele zorg

1. Zorg verleend door iemand die opgeleid is
2. Zorg verleend door iemand zonder diploma

Informele zorg

1. Zorg verleend door iemand met een diploma
2. Zorg verleend door familie of vrienden

Mantelzorg

1. Zorg door een professional
2. Zorg verleend door familie of vrienden

Gynaecoloog

1. Specialist in het vrouwelijk voorplantingssysteem
2. Specialist in het mannelijk voorplantingssysteem

Neuroloog

1. Helpt je bij het spreken
2. Specialist in hersenen en zenuwen

Radioloog

1. Maakt fotos
2. Expert op gebied van röntgenfoto's

Preventie

1. Genezen van een ziekten
2. Opsporen van een ziekte
3. Voorkomen van een ziekte

Curatieve zorg

1. Zorg gericht op onderzoek
2. Zorg gericht op genezing

Palliatieve zorg

1. Zorg in de laatste levensfase
2. Zorg in de begin fase

Checklist

1. Afteken lijst
2. Controlelijst

Steriel

1. Schoon
2. Zonder bacteriën

Micro-organismen

1. Bacteriën, schimmels en gisten die iemand ziek maken
2. Grote schimmels en gisten die iemand ziek maken

Besmetting

1. Het overbrengen van eten
2. Het overbrengen van ziekteverwekkers van de ene naar de andere plaats

Desinfecteren

1. Schoonmaken
2. Grondig schoonmaken, waarbij micro-organismen worden verwijderd