Contaminatie pleonasme tautologie

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

pleonasme/tautologie

Slide 2 - Mind map

Aan het einde van de les...
...kan je een pleonasme, tautologie en contaminatie herkennen en benoemen.
...kan je contaminaties herkennen en benoemen in een tekst.
...kan je formuleerfouten vermijden in je eigen tekst.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Tautologie
Twee dezelfde woordsoorten samen gebruikt.
Je kan er 1 weglaten en dan is de zin correct.
Twee mogelijkheden.
Voor altijd en eeuwig
Misschien wellicht komen ze erachter.

Pleonasme
Twee verschillende woordsoorten overlappen elkaar, ze zijn niet beide nodig. --> kenmerk, zit al in het woord besloten. Maar 1 mogelijkheid.
De rode tomaat
De bitcoin is omlaag gekelderd.

Slide 5 - Slide

Pleonasme
Bij een pleonasme gebruik je om een eigenschap van een woord dat al vanzelfsprkend bij dat woord hoort

Bijvoorbeeld:
De witte sneeuw is erg koud. ( sneeuw is wit van zichzelf)
Het grijze beton is strak gegoten (beton is al grijs)
Vorige week heeft hij zijn werk weer hervat (weer weglaten).

  • Je kan het pleonasme gebruiken om een eigenschap van een woord te benadrukken.

Slide 6 - Slide

Tautologie
Bij een tautologie gebruik je twee verschillende woorden met dezelfde betekenis.

Voorbeeld:
Natuurlijk zullen wij vanzelfsprekend ons best doen.
Wat jij zegt is vast en zeker waar, maar toch wil ik het zelf zien.

  • Je kan de tautologie gebruiken als versterking van wat je wil zeggen


Slide 7 - Slide

De oude bejaarde ging op donderdag een gezellig potje klaverjassen.
A
Tautologie
B
Pleonasme

Slide 8 - Quiz

Wij hopen in staat te zijn u volgende week te kunnen halen.
A
Tautologie
B
Pleonasme

Slide 9 - Quiz

Na korte tijd wisten de eerste docenten even later toch binnen te komen
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 10 - Quiz

Kwaadwillige laster veroorzaakt veel verdriet
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 11 - Quiz

Er wonen circa 200 à 220 mensen
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 12 - Quiz

Zodra wij de uitslag hebben, bellen wij u onmiddellijk.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 13 - Quiz

Aan het eind van de voorstelling daalde het gordijn langzaam naar beneden.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 14 - Quiz

Wij waren gisteren bijna verdwaald in de grijze mist.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 15 - Quiz

In de vergadering zullen we ons uitsluitend tot de hoofdzaken beperken.
A
tautologie
B
pleonasme
C
D

Slide 16 - Quiz