1.6 Ondersteunen bij sociale en recreatieve activiteiten
1 / 26
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 1
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Items in this lesson
Begeleiden Les 3/4
1.6 Ondersteunen bij sociale en recreatieve activiteiten
Slide 1 - Slide
1.6 Ondersteunen bij sociale en recreatieve activiteiten
Slide 2 - Slide
Videofragment met voorbeelden van Ondersteunen bij sociale en recreatieve activiteiten:
Goed opletten, je moet zo een aantal voorbeelden kunnen benoemen ;)
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
https:
Slide 5 - Link
Welke voorbeelden van ondersteunen heb je gezien? Noem er minimaal drie:
Slide 6 - Mind map
Wat was ook al weer het belangrijkste bij een recreatieve activiteit?
A
Ontspannen
B
Leren
C
Werken
D
Contact maken met anderen
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Video
Ondersteunen bij sociale en recreatieve activiteiten Hoe doe je dat?
Slide 9 - Slide
kijk op blz 20, 21, 22.
Slide 10 - Open question
ondersteunen bij opruimen
stimuleren
nabespreken
toezicht houden
observeren
motiveren
5
1
2
3
4
6
Slide 11 - Drag question
Motiveren betekent?
A
cliënten aansporen om mee te doen?
B
Cliënten aansporen om door te gaan?
C
Cliënten doelgericht in de gaten houden?
D
Cliënten vragen wat ze van de activiteit vonden?
Slide 12 - Quiz
Motiveren hoe dat je dat ?
Slide 13 - Open question
Stimuleren betekent?
A
cliënten aansporen om mee te doen?
B
Cliënten aansporen om door te gaan?
C
Cliënten doelgericht in de gaten houden?
D
Cliënten vragen wat ze van de activiteit vonden?
Slide 14 - Quiz
stimuleren, hoe doe je dat? wat zeg je, wat doe je?
Slide 15 - Open question
Opdracht in groepje (2 a 3 )
Geef een voorbeeld van een sociale/ recreatieve activiteit (zelf verzinnen of van je stage) en werk dit uit:
. wat is de doelgroep. wat is de activiteit? in de goede volgorde hoe ga je motiveren en stimuleren Wat zeg je ? Wat doe je? Gebruik je boek blz 20 21 22
Slide 16 - Slide
1.7 Ondersteunen bij Zelfredzaamheid
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
00:18
Wat denken jullie? Kan de cliënt ook zelf zijn bakje yoghurt eten?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
Wat "heeft" iemand die niet zelfredzaam is?
A
Een zelfzorgoverschot
B
Een zelfzorgtekort
Slide 20 - Quiz
Waarom is zorg op maat zo belangrijk? Zoek op in je boek op bladzijde 23 en vul in:
Slide 21 - Open question
stimuleren van zelfredzaamheid , hoe doe je dat?
Slide 22 - Open question
Ketenzorg =
Afstemming en samenwerking tussen diverse zorgverleners.
Zie voorbeeld in de volgende video:
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Wat wordt bedoeld met Hospitalisatie? Pak je boek erbij op bladzijde 23:
Slide 25 - Open question
Hoe vonden jullie deze les? Klik op een van de onderstaande Emoji: