5 hoogte

• VCA
• MBO
• Studiejaar 1

Hoofdstuk 5:

Werken op HOOGTE

Noem een woord (begrip) dat je in de vorige les geleerd hebt.

Dit leer je vandaag.

In de wet staat dat je werkt op hoogte bij:

1. 1 meter boven de grond.
2. 2,5 meter boven de grond.
3. 5 meter boven de grond.
4. 7,5 meter boven de grond.

Het gebruik van een rolsteiger is veiliger dan het gebruik van een ladder.

1. Waar
2. Niet waar

Een hangbruginstallatie mag je niet meer gebruiken ..

1. boven windkracht 4.
2. Boven windkracht 6.
3. Boven windkracht 8.

Wat doe je als een dak niet sterk genoeg is om op te lopen?

1. Dan leg je loopplanken neer.
2. Dan werk je vanuit een hoogwerker.

Een groot gevaar bij slopen is...

1. De kans op gehoorbeschadiging.
2. Instortingsgevaar.
3. Brand- of explosiegevaar.

Als je wordt blootgesteld aan asbest dan ...

1. Word je direct heel ziek.
2. Kun je na vele jaren kanker krijgen.
3. Is dat geen probleem.

Hoe kan in een besloten ruimte een zuurstoftekort ontstaan?

1. Sommige verfstoffen gebruiken zuurstof bij het drogen.
2. Door roestvorming wordt zuurstof verbruikt.
3. Als de ruimte gevuld is met stikstof.
4. Antwoord A, B & C zijn juist.

In een besloten ruimte mag je elektrisch gereedschap op 230 Volt gebruiken.

1. Waar
2. Niet waar

Als de afstand van de werkplek tot de dakrand minder dan 4 meter is dan moet je een dakrandbeveiliging aanbrengen.

1. Waar
2. Niet waar

Hoe kun je een besloten ruimte het beste omschrijven?

1. Als een ruimte onder de grond.
2. Als een ruimte waar je moeilijk in of uit kan komen.

Een ladder of trap mag je niet meer gebruiken bij een hoogte van ...

1. 2 meter of hoger.
2. 5 meter of hoger.
3. 7,5 meter of hoger
4. 15 meter of hoger.

Een vaste steiger moet altijd gebouwd worden door een erkend bedrijf.

1. Waar
2. Niet waar

Wat is belangrijk als je verft in een besloten ruimte?

1. Goed ventileren.
2. Warme kleding dragen.
3. Als de verf moet drogen dan moet je de ruimte afsluiten.

Een steekflens gebruik je om leidingen volledig af te sluiten.

1. Waar.
2. Niet waar.

Alles begrepen?

Nog ergens vragen over?

Noem 3 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Wat vond je van deze les?

-5100