Walewein

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Wie is zo goed als de hele queeste bij Walewein?

1. de jonkvrouw Ysabele
2. zijn paard Gringolet
3. de Schildknaap
4. de vos Roges

Welke opdracht krijgt Walewein van koning Wonder?

1. het Zwaard met de Twee Ringen halen
2. het magische schild halen
3. de kostbare helm halen
4. een tuniek met leeuwenkop halen

Bij wie moet Walewein het zwaard gaan halen?

1. koning Alydrisonder
2. koning Amaryllis
3. koning Amoraen
4. koning Amadeus

Welke opdracht krijgt Walewein vervolgens van Amoraen?

1. de Schildknaap doden
2. de Schildknaap helpen
3. een draak verslaan
4. de jonkvrouw Ysabele halen

Wat doet de Rode Ridder?

1. Hij mishandelt een onschuldige vrouw.
2. Hij breekt in bij een koning.
3. Hij steekt een kasteel in brand.
4. Hij vermoordt een onschuldige man.

Wat is het 'don contraignant-motief'?

1. een afspraak onder bepaalde voorwaarden
2. een belofte met onvoorziene gevolgen
3. een geheim binnen een select gezelschap
4. een wraakactie met een fatale afloop

Als Ysabele en Walewein alleen zijn, doet Ysabele een onthulling...

1. Ze is verliefd op Walewein.
2. Ze heeft ooit iemand laten vermoorden.
3. Ze heeft een geheime kamer laten maken.
4. Alle bovenstaande antwoorden.

Hoe weten Walewein en Ysabele te ontsnappen als ze zijn opgesloten door Assentijn?

1. Het paard Gringolet schiet te hulp.
2. De vos Roges schiet te hulp.
3. De schildknaap schiet te hulp.
4. De geest van de Rode Ridder schiet te hulp.

Walewein en een ridder vechten om Ysabele. De ridder sterft. Hoe wordt Walewein ontmaskerd als moordenaar?

1. Ysabele verraadt hem.
2. De vader van de ridder heeft het gezien.
3. Het lijk van de ridder begint te bloeden.
4. Het lijk van de ridder begint te praten.

Vraag 30 t/m 43

De Hertog

30. De jonge ridder eist zomaar Ysabele op, terwijl Walewein noch Ysabele aanleiding geeft voor een gevecht, en hij spreekt Walewein beledigend toe. Nadat hij van zijn paard is gestoten, bedankt hij Walewein niet dat deze hem heeft laten leven, maar beledigt hij Walewein juist door hém genade aan te bieden. 

Vraag 30 t/m 43

31. Als de jonge ridder op de grond is beland (en eigenlijk al verslagen is), laat Walewein hem toch weer opstijgen en het gevecht voortzetten (8642-8645)

32. Sweerde (8582), swaert (8586, 8661), swart (8692), swerde (8708)

33. Er stond blijkbaar geen vaste schrijfwijze of een eenduidige spelling.

Vraag 30 t/m 43

34. Alleen binnen de muren van een kasteel (of stad) was je veilig en beschermd. Buiten die muren liep je kans aangevallen te worden door misdadigers of wilde dieren.

35. Het bloeden van de wonden bewijst dat de moordenaar van de jonge ridder zich in dezelfde ruimte bevindt.

Vraag 30 t/m 43

36. De Hertog begint wel als een goede gastheer, maar kan dit niet volhouden als blijkt dat zijn gast zijn zoon heeft gedood. Hij gelooft Walewein niet en laat hem niet vertrekken. Dit zou volgens de code van het gastrecht wel moeten. Later achtervolgt de Hertog Walewein zelfs, na diens ontsnapping, en belegert hij het kasteel van de Schildknaap.

Vraag 30 t/m 43

37. Walewein kan het niet aanzien dat de bewaker ook Ysabele een klap geeft. Hij wordt daarop zo woedend dat hij zijn boeien kapot trekt. Dan kan hij de bewaker neerslaan en hem diens sleutels afnemen.

Walewein moet kiezen 

38. Walewein zou het Zwaard met de Twee Ringen mogen houden als hij voor Amoraen Ysabele zou gaan ophalen uit haar zwaar bewaakte kasteel in het verre land Endi.

Vraag 30 t/m 43

39. De vos Roges wordt onttoverd tot een knappe jonge prins.

40. - (eigen antwoord, met uitleg)

Een verrassend slot

41. Een epiloog is een nawoord, een tot het publiek gerichte afsluiting van het verhaal.

Vraag 30 t/m 43

42. Uit de epiloog blijkt dat er twee auteurs zijn. Penninc heeft het verhaal niet afgemaakt, Pieter Vostaert heeft het verder geschreven (ongeveer één derde van het verhaal).

43. Zowel in de proloog als in de epiloog bidt de verteller tot God. In de proloog wordt gebeden om hulp om het verhaal zo mooi mogelijk te maken (en om vergeving voor mogelijke taalfouten). In de epiloog wordt gebeden om toegang tot de hemel.