This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Opinie schrijfopdracht ‘Schilderij beoordelen’
Oriënteren
Slide 1 - Slide
Doelen deze les
Ik weet wat een opinie tekst is.
Ik weet wat de eindopdracht is.
Ik weet waar ik op moet letten om een voldoende te halen.
Slide 2 - Slide
De OVUR-Methode
Oriënteren
Voorbereiden
Uitvoeren
Reflecteren
Slide 3 - Slide
Wat betekent het woord 'opinie', denk je?
Slide 4 - Open question
Opinie = Mening
Geeft aan wat jij vindt.
Met een mening kun je het eens of oneens zijn.
Een mening kun je onderbouwen met argumenten.
Meningen hoeven niet waar te zijn.
Voorbeeld:
Ik vind die televisie erg duur.
Slide 5 - Slide
Argumenten
Een reden bij je mening.
Uitleg bij je mening.
Een bewijs bij je mening.
Kun je herkennen aan de woorden: omdat en want.
Voorbeeld:
Ik vind die televisie erg duur, want hij kost €800 en dat is mijn maandsalaris.
Slide 6 - Slide
Klassikale oefening
Mening 1
Pesten is stom, want...
Mening 2
Ik houd van mijn huisdier, omdat...
Mening 3
Ik ga graag naar de bioscoop, omdat...
Slide 7 - Slide
Jouw mening geven in een tekst
Gebruik beoordelingswoorden (bijvoeglijke naamwoorden): saai, mooi, indrukwekkend, knap, enzovoorts.
Gebruik een beoordelingswoord niet meer dan twee keer!
Gebruik redenen en bewijsmiddelen (argumenten) om je mening te onderbouwen.
Je schrijfdoel is: overtuigen. Je wil dat iemand jouw mening gaat delen.
Slide 8 - Slide
De eindopdracht
Je schrijft je mening op over een schilderij naar keuze in 350 woorden. Meer mag ook, maar niet langer dan één A-4. De opdracht krijg je op papier en staat ook in de jaarbijlagen op SOM.
Daarbij let je op de theorie van vandaag en de beoordelingstabel in de opdracht.
Je maakt de tekst in Word en levert het online in op SOM.
Slide 9 - Slide
De eindopdracht
Slide 10 - Slide
Schilderij 1
door Sasa Montiljo
Schilderij 2
door Sasa Montiljo
Slide 11 - Slide
Schilderij 3
door Esao Andrews
Schilderij 4
door Esao Andrews
Slide 12 - Slide
Schilderij 5
door Giuseppe Arcimboldo
Slide 13 - Slide
Oefening
Werk alleen.
Bedenk een gerecht wat je super lekker vindt.
Geef in 100 woorden jouw mening over dit gerecht en geef daar argumenten bij.
Controleer deze tekst met het beoordelingsmodel uit de eindopdracht.
timer
10:00
Slide 14 - Slide
Oriëntatie op de eindopdracht
Neem de onderstaande vragen over en beantwoord ze in je schrift:
Waarover zal mijn tekst gaan?
Waarom moet ik dit kunnen schrijven?
Wat is mijn schrijfdoel?
Welke informatie MOET ik geven?
Welke informatie WIL ik geven?
Waarop moet ik speciaal letten om tot een goed resultaat te komen?
timer
5:00
Slide 15 - Slide
Wat betekent het woord 'opinie'?
A
feit
B
argument
C
mening
D
breinaald
Slide 16 - Quiz
Wat is een argument?
A
Een mening
B
Een belediging
C
Een breinaald
D
Een reden, uitleg of bewijs
Slide 17 - Quiz
Wat heb je vandaag geleerd en welke kennis neem je mee naar de eindopdracht?
Slide 18 - Open question
Wat is de methode die je gebruikt om een goede tekst te schrijven?
A
de STOEL-methode
B
de OVUR-methode
C
de BREINAALD-methode
D
de CAT-methode
Slide 19 - Quiz
Wat is de volgorde van de OVUR-methode?
Oriënteren
Voorbereiden
Uitvoeren
Reflecteren
Slide 20 - Drag question
Welke stap van de OVUR-methode hebben we vandaag gedaan?