7/12

7/12
1 / 46
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 46 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

7/12

Slide 1 - Slide

Taalkring
We leren vandaag over wat samentrekkingen zijn en gaan verder met het ontleden van zinnen.

Slide 2 - Slide

Wat kan je weglaten?
Een samentrekking is namelijk dat een woord of een woorddeel wordt weggelaten in een zin omdat het ergens anders ook voorkomt.

Slide 3 - Slide

De kinderen zitten maar de ouders (zitten) niet.
Sam heeft een brief geschreven en roos (heeft) ook (een brief) (geschreven).
De rode woorden kan je weglaten. De zin klopt dan nogsteeds. Dit wordt een samentrekking genoemt
Pak een wisbordje en maak een groepje van 3.

Slide 4 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:

Hij eet om acht uur, en zij eet ook.

Slide 5 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:
Ik neem een ijsje, en alle kinderen nemen ook.

Slide 6 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:
Hij stak zijn hand uit, en zij stak de straat over.

Slide 7 - Slide

Let op!
De vorige was vals
Stak had in dit geval 2 betekenissen wat ervoor zorgt dat het in de zin moet blijven staan!
Hand uitsteken en de straat oversteken.

Slide 8 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:
Joep heeft een brief verstuurd, en Bas heeft er ook een verstuurd.

Slide 9 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:
Ik zag de regenboog wel, maar Marieke zag de regenboog niet.

Slide 10 - Slide

Wat is de samentrekking in de zin:
Hij kan goed tekenen, maar zij tekent ook goed!

Slide 11 - Slide

Nu maken we zelf de samentrekking:
Ik eet een appel, en hij ook.

Ik eet een appel, en hij eet ook een appel.

Slide 12 - Slide

Maak nu zelf de samentrekking:
Ik eet een broodje met kaas, en zij ook.

Slide 13 - Slide

Maak nu zelf de samentrekking:
Ik krijg een cadeau, en zij ook.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Aan de slag!
Maak van som 1 t/m 6 de zwarte sommen.
Klaar? Kijk na en begin alvast aan je spelling.




Omtrek = Eromheen



timer
30:00
70m
100m

Slide 16 - Slide

50 dam
50 m
Wat is de omtrek van dit figuur?

Slide 17 - Slide

Quiz time
Woorden met de :
-elen
-eren
-enen
-em    
Schrijf het hele woord over!

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Hij kan goed sch.......

Slide 25 - Slide

Hij is zich aan het sch...

Slide 26 - Slide

Het kind is aan het .....

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

bli....

Slide 29 - Slide

bez..

Slide 30 - Slide

groep kind....

Slide 31 - Slide

Ik hou van ste.....

Slide 32 - Slide

Dit zijn veel aard....

Slide 33 - Slide

Ik ga graag wink....

Slide 34 - Slide

Maken:
Spelling opdracht 1 ,2 en 3
Klaar?
Maak je rekenwerk af of kies een rekenspelletje uit de kast.

Slide 35 - Slide

Blok
Maak het taalblad 
Ga verder met je weekplan

Slide 36 - Slide

Samenlezen
timer
30:00

Slide 37 - Slide

We gaan het vandaag hebben over de!
Zal deze giftig zijn ja of nee?

Slide 38 - Slide

Aan het einde van de les:
- benoemen wat de onderdelen van paddenstoelen zijn (zoals
schimmelnetwerk/mycelium, hoed, steel, lamellen, sporen),
- uitleggen dat er drie hoofdgroepen paddenstoelen zijn voor wat betreft
het bewaren en verspreiden van sporen (plaatsjeszwammen,
buisjeszwammen en buikzwammen),
- noemen dat er giftige paddenstoelen bestaan die ook in Nederland
groeien.

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video

Slide 42 - Link

Slide 43 - Link

Deze was inderdaad giftig. Pak dus nooit maar een champignon van de grond want je weet niet of hij eetbaar is of niet!

Slide 44 - Slide

Opdracht:
1. Snijd de champignon doormidden.
2. Snijd van 1 helft de steel af, zodat je de lamellen ziet.


3. Teken de halve champignon na (de
dwarsdoorsnede). Teken ook de grond waarop
hij groeit.
4. Zet de volgende woorden op de goede plek in je
tekening:

- Schimmelnetwerk/mycelium
- Sporen
- Steel
- Hoed
- Lamellen

Klaar? Lever hem in.

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide