bezittelijk voornaamwoord

Staal

Blok 7/ week 1/ les 3

Bezittelijk voornaamwoord

1 / 13

Slide 1: Slide

SpellingBasisschoolGroep 7

This lesson contains 13 slides, with text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Staal

Blok 7/ week 1/ les 3

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 1 - Slide

Lesdoel

Ik kan het bezittelijk voornaamwoord herkennen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Dus....

Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is of bij wie iemand hoort.

Dit is mijn kuiken.

Dit is jouw idee.

Dat zijn haar sokken.

Dus....

Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan

van wie iets is of bij wie iemand hoort.

Voorbeeld

Ik heb een kuiken. Het is mijn kuiken.

Zij heeft krullen. Het zijn haar krullen.

Jullie hebben een auto. Het is jullie auto.

Zij hebben een koe. Het is hun koe.

Slide 4 - Slide

Snap je?

Bedenk het zelf maar eens..

Wij hebben een huis. Het is......

Hij heeft een bal. Het is......

U hebt een tas. Het is......

Slide 5 - Slide

Het is ons huis.

Het is zijn bal.

Het is uw tas.

Slide 6 - Slide

Dictee

- Heb je een blaadje voor je?

- Heb je een pen (die het doet) of een potlood (met punt)?

Slide 7 - Slide

eerste woord

tweede woord

derde woord

zin 1

zin 2

zin 3

Slide 8 - Slide

Klaar?

Dan mag je het nu supergoed nakijken....

(Pas op! Het wiebelt een beetje.)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Kan je het bezittelijk voornaamwoord herkennen in het dictee?

zoek, zoek, zoek......

Slide 11 - Slide

onze planeet

Slide 12 - Slide

Einde

Je mag nu les 3 in

jouw werkboek maken....

Slide 13 - Slide