- ik kan van een getal zeggen welke waarde elk cijfer heeft
- ik kan decimale getallen op volgorde zetten
- ik weet wat veelvouden zijn
- ik weet wat delers zijn
- ik kan even en oneven getallen herkennen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
This lesson contains 18 slides, with text slides.
Items in this lesson
Leerdoelen
- ik kan van een getal zeggen welke waarde elk cijfer heeft
- ik kan decimale getallen op volgorde zetten
- ik weet wat veelvouden zijn
- ik weet wat delers zijn
- ik kan even en oneven getallen herkennen
Slide 1 - Slide
cijfers en getallen
Er zijn 10 cijfers: 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9
Hiermee kun je oneindig veel getallen maken
b.v. 13; 124566; 4,69
gehele getallen zijn getallen zonder komma
decimale getallen zijn getallen met een komma
Slide 2 - Slide
waarde cijfers
In een getal heeft elk cijfer een waarde. De plaats van het cijfer geeft de waarde aan.
Bijvoorbeeld het getal 2305,67
Slide 3 - Slide
nu ga je aan het werk
Maak som 3, 4, 6, 7
Kijk de sommen na. Heb je alle sommen goed, dan ga je verder met de volgende slide. Had je een som fout dan lees je nogmaals de theorie en maak je som 5.
Slide 4 - Slide
decimale getallen
Een getal met cijfers achter de komma heet een decimaal getal.
Het aantal cijfers achter de komma is het aantal decimalen.
v.b. 2,49 is een decimaal getal met 2 decimalen
1,839 is een decimaal getal met 3 decimalen.
Je kunt een decimaal getal op een getallenlijn plaatsen.
Wil je decimale getallen met elkaar vergelijken, dan mag je achter de decimale getallen nullen erbij zetten.
6,4 = 6,40
Slide 5 - Slide
nu ga je sommen maken
BB: maak som 11, 12, 14, 16
KB/GL maak som 9, 10, 11, 12, 13, 14, 16
Slide 6 - Slide
delers en veelvouden
Een veelvoud van een getal is zijn die getallen die in de tafels voorkomen.
B.v. de eerste vier veelvouden van 6 zijn 6, 12, 18 en 24
Als je door een getal kunt delen en er komt een geheel getal uit dan is dat getal een deler.
B.v. 6 is een deler van 24 want 24:6 = 4
Maar ook 1, 2, 3, 4, 6, 8, 12 en 24 zijn delers van 24
Slide 7 - Slide
even en oneven
Getallen die deelbaar zijn door 2 zijn even getallen
b.v. 0, 2, 4, 6, 8, 10
Getallen die niet deelbaar zijn door 2 zijn oneven getallen
b.v. 1, 3, 5, 7, 9, 11
Slide 8 - Slide
nu ga je sommen maken
BB maak de sommen: 18, 19, 21, 23, 24, 25, 29, 31, 32, 34
KB/GL maak de sommen: 19, 20, 22, 24, 26, 28, 32, 33, 34, 35
Ben je klaar dan kijk je alle sommen na en laat je je werk aftekenen bij de docent.
Slide 9 - Slide
grote getallen
Slide 10 - Slide
grote getallen met alleen cijfers
Schrijf 19,6 miljoen met alleen cijfers.
miljoen heeft 6 nullen.
er staat 1 getal achter de komma, dus 1 nul wordt vervangen door een 6 dus 19 600 000
Slide 11 - Slide
grote getallen met cijfers en woorden
Schrijf 52 650 000 000 in cijfers
Verdeel het getal van achter naar voren in groepjes van 3 cijfers
52/650/000/000
52 is 52 miljard waard. De cijfers achter de 52 komen achter de komma te staan en de nullen aan het eind mag je weglaten
dus 52 650 000 000 = 52,65 miljard
Slide 12 - Slide
Nu ga je sommen maken
BB: maak de sommen 36, 37, 38, 40, 41, 42
KB/GL: maak de sommen 37, 39, 41, 43, 45
nakijken en laten aftekenen
Slide 13 - Slide
afronden van decimale getallen
Slide 14 - Slide
voorbeelden afronden
Rond 10,72864 af op twee decimalen
Je kijkt naar het eerste decimaal dat je weghaalt (dus de derde decimaal). Dit is een 8, dit is hoger dan 5 dus bij het getal voor de 8 moet je 1 hoger maken.
dus 10,72864 = 70,73
Slide 15 - Slide
Nu ga je sommen maken
BB: maken 47, 48, 49, 51, 53
KB/GL: maken 48, 50, 52, 54
Slide 16 - Slide
afronden op ronde getallen
Rond 867 af op honderdtallen.
867 ligt tussen 800 en 900. Het ligt dichter bij 900 dus rond je het af naar 900
Rond 45 497 af op duizendtallen.
45 497 ligt tussen 45 000 en 46 000. Het ligt dichter bij 45 000 dus rond je het af naar 45 000