B2 Duits Kapitel 4-3

Herzlich Willkommen!
1 / 36
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Herzlich Willkommen!

Slide 1 - Slide

Hausaufgabenkontrolle
Op de volgende dia's staan de antwoorden van de huiswerkopdrachten.

Leg je boek open op Seite 104 en laat zien dat je de opdrachten gemaakt hebt.
Kijk elke oefening goed na en verbeter eventuele foutjes.





Slide 2 - Slide

Seite 104/Aufgabe 4 + 5
4

Kuh – Affe – Hamster – Kaninchen –
Huhn – Pferd – Wolf – Maus – 
Fisch –Elefant – Schwein 
5

der Hund – de hond
der Fisch – de vis
die Katze – de kat
das Schaf – het schaap
die Spinne – de spin
der Vogel – de vogel
die Schlange – de slang
das Huhn – de kip

Slide 3 - Slide

Seite 105/Aufgabe 6

Hast du ein Haustier
Wie sieht dein Meerschweinchen aus? 
Wir haben einen Hund. Er heißt Benno. Er ist weich und sehr lieb



Was ist dein Lieblingstier
Wie sieht das Tier aus? 
Mein Lieblingstier ist der Wolf
Es ist gefährlich, aber sieht auch schön aus. Das Fell ist schwarz, weiß oder grau. 


 Ja, ich habe ein Meerschweinchen. Es ist so süß!
Es ist schwarz und hat einen weißen Fleck. Mein Bruder und ich streicheln es oft. Hast du auch ein Haustier?
Oh, wir wünschen uns oft auch einen Hund!


 Das ist der Elefant.
 Es ist groß, dick und grau. Es hat vier Beine.
Kannst du das Tier beschreiben ?
Ich habe noch nie echte Wölfe gesehen!

Slide 4 - Slide

Seite 106/Aufgabe 7 + 8
7

1 dünn (zegt als enige iets over het uiterlijk)

2 dick (heeft als enige niets met een zachte vacht te maken)

3 das Kaninchen (de andere dieren zijn tropische dieren)
Of: die Schlange (is geen zoogdier)

8

1 maar = a b e r
2 vogel = V o g e l
3 muis = M a u s
4 vlek = F l e c k
5 wensen = w ü n s c h e n
6 dieren = T i e r e
7 paard = P f e r d
8 dik = d i c k
9 poten = B e i n e
10 ondeugend = f r e c h
11 dun = d ü n n

Slide 5 - Slide

Seite 106/Aufgabe 9
Hi Gaby! Ich war heute bei Tobi.

Ja, ich habe seine Vögel gefüttert. Die waren aber ganz schön frech!

Ja, die sind total süß. Die kann man streicheln!


Hi Julius! Er hat doch sieben Tiere, oder?

Er hat doch auch Spinnen und Schlangen, oder?

Cool! Nächstes Mal komme ich mit zu Tobi.

Slide 6 - Slide

Seite 107/Aufgabe 10
Was ist dein Lieblingstier?

Wie sieht das Tier aus?


Das ist der Wolf.


Es ist gefährlich, aber sieht auch schön aus. Das Fell ist schwarz, weiß oder grau.

Das ist der Elefant.

Es ist groß, dick und grau, und es hat vier Beine
Und was ist dein Lieblingstier?

Kannst du das Tier beschreiben?

Ich habe noch nie echte Wölfe gesehen!

Slide 7 - Slide

Seite 107/Aufgabe 11
1 In der Schule wohnt eine Katze.

2 Kann ein Schaf eigentlich schwimmen?

3 Meine Schwester hat zwei Hamster.

4 Mein Hund begleitet mich gerne beim Sport.

5 Meine Eltern lieben Fische.

6 Das Pferd ist das Lieblingstier meiner Mutter.

Slide 8 - Slide

Rückblick
Voor vandaag zou je de woorden van Seite 132/B Wortschatz bestudeerd moeten hebben.

Laten we eens even kijken wat je er al/nog van weet.





Slide 9 - Slide

Wie heißt das Tier?
A
der Affe
B
der Hamster
C
der Hund
D
der Elefant

Slide 10 - Quiz

Wie heißt das Tier?
A
die Kuh
B
die Katze
C
die Maus
D
die Spinne

Slide 11 - Quiz

Wie heißt das Tier?
A
das Känguru
B
das Kaninchen
C
das Huhn
D
das Schaf

Slide 12 - Quiz

Enkelvoud of meervoud?

die Hunde
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 13 - Quiz

Enkelvoud of meervoud?

die Vögel
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 14 - Quiz

Enkelvoud of meervoud?

die Schlange
A
Enkelvoud
B
Meervoud

Slide 15 - Quiz

Welches Tier ist das?

das Meerschweinchen
A
B
C
D

Slide 16 - Quiz

Welches Bild passt zum Wort?

weich
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

Welches Bild passt zum Wort?

dünn
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

Planung für heute
*We gaan eerst luisteren naar nieuwsberichten over dieren.
*Daarbij worden enkele opdrachten gemaakt.

*Open je boek nu op Seite 108-109/Aufgabe 12-13


Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Slide 21 - Link

Noch mehr Haustiere ...
*Bekijk het filmpje op de volgende dia en beantwoord de vragen, die tijdens het kijken worden gesteld.
*Let vooral op de teksten in beeld en de ondertiteling.




Slide 22 - Slide

11

Slide 23 - Video

00:23
Hoeveel huisdieren worden er in Duitsland gehouden?
A
ongeveer 30 miljoen
B
ongeveer 300 duizend

Slide 24 - Quiz

00:56
Waarom kun je tamme ratten best als huisdier houden?
A
Ze zijn schoon, intelligent en aanhankelijk
B
Ze zijn heel erg lief, maar stinken wel een beetje

Slide 25 - Quiz

01:35
Waar komen de kanaries oorspronkelijk vandaan?
A
Uit Spanje
B
Van de Canarische Eilanden

Slide 26 - Quiz

02:06
Kun je een hamster knuffelen?
A
Ja, waarom niet?
B
Nee, liever niet.

Slide 27 - Quiz

02:38
Wat kun je een valkparkiet leren?
A
Kunstjes
B
Praten en zingen

Slide 28 - Quiz

02:55
Waarom kun je beter twee of meer cavia's houden dan één?
A
Ze houden van het gezelschap van soortgenoten
B
Ze vinden het fijn om bij mensen te zijn

Slide 29 - Quiz

03:53
Hoe lang houdt de mens al vissen als huisdier?
A
Al sinds 3000 jaar voor Christus
B
Sinds de wereldtentoonstelling van 1851 in Londen

Slide 30 - Quiz

04:32
In hoeveel kleuren kunnen gefokte konijnen voorkomen?
A
90
B
370

Slide 31 - Quiz

05:09
Welke twee woorden worden in de video gebruikt voor "parkiet"?
A
Wellensittich en Wellis
B
Schwarmtiere en Tschjilp

Slide 32 - Quiz

05:43
Hoe wordt de hond als huisdier ook wel genoemd?
A
Luizenbaal
B
Je beste vriend

Slide 33 - Quiz

06:14
Wat is een van de verschillen tussen honden en katten?
A
Een kat gaat zelf naar buiten
B
Een hond moet je uitlaten

Slide 34 - Quiz

Alles fertig und Zeit übrig?
*Öffne das Buch auf Seite 132-133
*Lerne die Wörter von Block: B Wortschatz und A Sehen C Hören
*Übe die Wörter mit CRAM                       
                   Classroom/Schoolwerk/WOORDEN en ZINNEN oefenen
*In Classroom findest du mehr Sachen zum üben:
* Luisteren-Kijken: Deutsch-to-go
*Zelfstandig Werken: Extr@ videolessen

Slide 35 - Slide

HAUSAUFGABEN
Lernen/Wiederholen:
*Seite 132-133: Wörter B Wortschatz (N-D) + A Sehen + C Hören(D-N)
Schreiben:
*3 (luister-)opdrachten in Classroom/Schoolwerk/Kapitel 4/Tiere Tiere Tiere
Vorbereiten/Lesen:
*Seite 133/D Lesen

Slide 36 - Slide