Studielessenreeks klas 1

Les #1: Huiswerk noteren en maken
Doel1: Je hebt overzicht over de tijd waarin je kunt werken aan huiswerk.

 Doel2: Je weet hoe je huiswerk moet noteren, en in kunt plannen over de week.

1 / 33
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 300 min

Items in this lesson

Les #1: Huiswerk noteren en maken
Doel1: Je hebt overzicht over de tijd waarin je kunt werken aan huiswerk.

 Doel2: Je weet hoe je huiswerk moet noteren, en in kunt plannen over de week.

Slide 1 - Slide

Wat is het doel van een 
agenda en planner?

Slide 2 - Slide

Agenda & studeerplanner
Doel van het gebruik: Het geeft overzicht over het te maken werk en biedt ruimte om een goede planning te maken (maar die moet je wel uitvoeren :-)).
Agenda: 
  • Wanneer vindt iets plaats?
  • Wat moet af zijn? 
Studeerplanner: 
  • Wanneer ga je voor een vak maak- of leerwerk doen, zodat je het op tijd afkrijgt?
  • Hoe lang doe je over elk vak?

Slide 3 - Slide

Plenda
  • Noteren huiswerk
  • Oók een planner!

Slide 4 - Slide

Purple Monkey
  • Noteren huiswerk
  • Oók een planner

Slide 5 - Slide

Paperfuel
  • Wél een agenda
  • Maar géén planner :-(

Je zult thuis in een schrift zelf een planning moeten maken per dag. 

Slide 6 - Slide

Huiswerk noteren
  • Schrijven op school doe je altijd met blauwe of zwarte pen
  • Je docent geeft je in de les op het bord of scherm het huiswerk op. Wordt het vergeten? Vraag optijd wat het huiswerk is.
Voorbeeld: Wat zou het volgende kunnen betekenen?
Do 5e
AK: 4.1: M 1,2,3  L:Vulkanisme 




Slide 7 - Slide

Het is handig als je in het weekend vast de vakken bij de juiste lesuren zet!
Aardrijkskunde ak 
Biologie bi
Drama dr
Engels en
Frans fa
Geschiedenis gs
Grieks gr
ICT ict
Latijn la



Lichamelijke Opvoeding lo
Mentoruur me
Muziek mu
Nederlands ne
Project pro
Rekenen rek
Tekenen te
TIO tio
Wiskunde wi

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Werkplek
Huiswerk maken gaat niet in een ruimte waar keihard de TV aanstaat, de hond constant blaft, een ruimte waar telkens mensen doorheen lopen of praten etc.

Opdracht: Schrijf op een blaadje/bedenk hoe jouw werkruimte eruit ziet. Waar bevindt de ruimte zich? Heb je een bureau? Is er een plek waar je je boeken neerlegt? Wat is er fijn aan de plek? Wat stoort aan de plek? 

Optionele opdracht: Zorg komende weekend dat je een fijne werkplek voor jezelf inricht. 


Slide 10 - Slide

Opdracht


Studietijd bepalen

Slide 11 - Slide

Sticker
Je krijgt van je mentor twee stickers die je op/bij je bureau kunt plakken en/of in je agenda.

De sticker helpt je bij het plannen en huiswerk maken (nouja maken.... dat moet je toch uiteindelijk echt zélf doen ;-)).

Slide 12 - Slide

Huiswerk mentoruur
  • Noteer je huiswerk voor volgende week overzichtelijk in je agenda, en plan per dag het huiswerk in (planner). 
  • Op je sticker staat hoe je huiswerk inplant!

Slide 13 - Slide

Les 2: Vaardigheden bij het plannen


Les 2 week 35
(Nodig hexagram, 1 schaar per duo)

Slide 14 - Slide

Hexagram
  • Bij het gebruiken van de agenda gebruik je allerlei vaardigheden.
  • We maken een puzzel waarbij je vaardigheden gebruikt die je óók nodig hebt bij het maken van huiswerk.

Slide 15 - Slide

                         Welke vaardigheden gebruikt de       dirigent tegelijkertijd?

Slide 16 - Slide

Voorbereiding
  • Werk in duo's.
  • Eén van jullie knipt de stukjes los.
  • Wacht als je klaar bent op de opdracht

Slide 17 - Slide

Resultaat
  • Werk in duo's.
  • Puzzel met zijn tweeën net zo lang tot je dit figuur hebt.
  • Bedenk als je klaar bent minstens 3 vaardigheden die je hebt gebruikt

Slide 18 - Slide

Evaluatie
Welke vaardigheden heb je gebruikt om de afbeelding na te maken?

Slide 19 - Slide

Vaardigheden planning maken en uitvoeren 

  • Beginnen 
  • Doorzetten 
  • Doelgericht werken 
  • Aandacht erbij houden 
  • Onthouden 
  • Emoties beheersen  
  • Omgaan met frustratie  
  • … 

Slide 20 - Slide

Wat is het doel van een agenda en studeerplanner?

  • Overzicht hebben!
  • Huiswerk op orde hebben
  • We gaan dus in de volgende opdracht de agenda op orde brengen voor deze week 

Slide 21 - Slide

Kleurcodes
Privéactiviteit: blauw
Toetsen: oranje
Verslagen/presentaties: geel
Huiswerk: niet markeren

Klaar?
Markeer met groen (over oranje, geel of blauw heen)

Slide 22 - Slide

Kleurcodes
Privéactiviteit: blauw
Toetsen: oranje
Verslagen/presentaties: geel
Huiswerk: niet markeren

Klaar?
Markeer met groen (over oranje, geel of blauw heen)
Opdracht:
Werk voor zover mogelijk je agenda bij.


Slide 23 - Slide

LES 3 (mentorles #3)
planning maken en uitvoeren

Slide 24 - Slide

Hoe gaat het met huiswerk en plannen?
Steek je hand op:
  1. Wie schrijft het huiswerk bondig op?
  2. Wie vult zijn planner goed in?
  3. Wie gebruikt markers?

Geef als je de beurt krijgt klassikaal een tip hoe je het bovenstaande aan kunt pakken. 


Slide 25 - Slide

Vorige keer: Vaardigheden planning maken en uitvoeren 
  • Beginnen 
  • Doorzetten 
  • Doelgericht werken 
  • Aandacht erbij houden 
  • Onthouden 
  • Emoties beheersen  
  • Omgaan met frustratie  
  • ....
  • Bedenk voor de komende week één vaardigheid waarin je jezelf kunt verbeteren om beter om te gaan met agendabeheer en/of plannen. Let daar ook op!

Slide 26 - Slide

Hoe voer je een planning goed uit?
Verdeel je werk in porties. 

30 woordjes Latijn leren gaat niet in één keer. Doe dat 3x 15 minuten i.p.v. 45 minuten achter elkaar. 

Slide 27 - Slide

Planning maken en uitvoeren: Warming up.
Begin met iets makkelijks. Je hersens hebben tijd nodig om geactiveerd te worden en geconcentreerd te raken (wel 15 minuten!)

Slide 28 - Slide

Planning maken en uitvoeren: Afwisselen!

Slide 29 - Slide

Pauze= belangrijk…niet overdrijven.. Pauze mag je rekenen bij je huiswerktijd. Na 30 minuten houd je altijd 5 minuten pauze. Maar nooit langer dan 10 minuten.

Slide 30 - Slide

Focus is belangrijk om je tijd zo effectief mogelijk te besteden

Als je met teveel verschillende zaken bezig bent (muziek opzetten, op je telefoon kijken, praten, leren) doe je langer over een taak, en sla je het niet goed op!

Wie gebruikt de telefoon bij het huiswerk maken? Vraag iemand desnoods de telefoon te bewaren als je huiswerk maakt.


Slide 31 - Slide

Oefening 
Het verschil tussen focus en géén focus. Efficiënt en niet-efficiënt.
Instructie:
  • Noteer onder elkaar 5x "huiswerk maken". Je buur telt hoeveel seconden dit duurt.
  • Werk nu verticaal. Begin met de letter h, dan de letter u, dan de letter i.  Je buur telt weer.
  • Welke duurt langer? 

Slide 32 - Slide

Opbrengst
Als je gefocust iets doet (zoals horizontaal schrijven), hoef je minder na te denken en gaat het meer van zelf. 

Als je iets niet-gefocust doet moet je telkens weer nadenken en opstarten en kost het meer moeite.

Als je tijdens huiswerk maken teveel afleiders hebt, heeft het hetzelfde effect als niet geautomatiseerd werken.

Slide 33 - Slide