Taal, thema 2 les 7

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

Taal, thema 2 les 7

aantekening!

Weten jullie nog hoe je de persoonsvorm (de pv) kan vinden?

1. Maak van ______________________________________.

2. Het eerste ________________________________________.

voorbeeld

Bob en Joris spelen een potje voetbal. 

1. Maak van de zin een vraagzin: Spelen Joris en Bob een potje voetbal? 

2. Wat is het eerste werkwoord? Spelen.

3. Spelen is de pv.

           

voorbeeld 2

Jij draagt een bitje tijdens het basketbal.

1. Maak van de zin een vraagzin: Draag jij een bitje tijdens het basketbal?

2. Wat is het eerste werkwoord? Draagt.

3. Draagt is de pv.

voorbeeld 3

Dat moeten we altijd dragen.

1. Maak van de zin een vraagzin: ________________________________?

2. Wat is het eerste werkwoord? _________

3. _________ is de pv.

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Ciara gooit de bal naar Job

1. Ciara
2. gooit
3. bal
4. Job

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Wibi en Mo gillen dat hij moet slaan.

1. Wibi en Mo
2. slaan
3. gillen
4. moet

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Job zwiept zijn knuppel naar voren.

1. zwiept
2. zijn
3. knuppel
4. voren

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Hij raakt de bal voor het eerst van zijn leven.

1. hij
2. raakt
3. de bal
4. leven

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Wibi en Mo rennen van honk naar honk.

1. honk
2. van honk naar honk
3. Wibi en Mo
4. rennen

Wat is de pv? Maak eerst een vraagzin!

Job blijft stomverbaasd staan.

1. Job
2. blijft
3. stomverbaasd
4. staan