10-4 Signaalwoorden

Signaalwoorden

1 / 10
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Signaalwoorden

Slide 1 - Slide


Wat is GEEN functie
van signaalwoorden in een tekst?
A
Signaalwoorden helpen de lezer.
B
Signaalwoorden geven de kern van de tekst weer.
C
Signaalwoorden zorgen voor samenhang.
D
Signaalwoorden geven structuur aan een tekst.

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Welk signaalwoord geeft een tegenstelling aan:
A
bref
B
alors
C
pourtant
D
également

Slide 4 - Quiz

Vertaal het signaalwoord:
Avant d'aller faire du shopping, on a pris un bon petit-déjeuner à l'hôtel.
A
Tijdens
B
Nadat
C
In plaats van
D
Voordat

Slide 5 - Quiz

"C'était un beau voyage, et en plus cela m'a permis d'apprendre sur d'autres cultures."

Wat geeft "en plus" aan:
A
een toevoeging
B
een voorbeeld
C
een opsomming
D
een gevolg

Slide 6 - Quiz

"Finalement, ça s'est très bien passé."
Wat geeft "finalement" aan?
A
een opsomming
B
een conclusie
C
een gevolg
D
een reden

Slide 7 - Quiz

Vul het juiste signaalwoord in:
Le premier jour, on est allé à la plage. ............... on a bu un cocktail dans un bar au bord de la mer.
A
Ainsi
B
Donc
C
Ensuite
D
Car

Slide 8 - Quiz

Bonne chance avec le bac 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide