Hoofdstuk 2 - §1 & 2

Havo 3
Praktische Economie H2

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Havo 3
Praktische Economie H2

Slide 1 - Slide

Lesplanning
  •  Herhalen paragraaf 2.2
  • Uitleg paragraaf 2.3

  • Maken/HW opdr. 1 t/m 12
  • Nabespreken

Slide 2 - Slide

Paragraaf 2 
Winst is Winst

Slide 3 - Slide

Hoe bereken je de totale winst?
A
Afzet- totale kosten
B
Omzet - totale kosten
C
Omzet - afzet
D
Omzet - totale kosten - variabel kosten

Slide 4 - Quiz

Omzet =
A
afzet x consumentenprijs
B
afzet x inkoopprijs
C
afzet x verkoopprijs
D
afzet x btw

Slide 5 - Quiz

Hoe bereken je de totale kosten van een ondernemer?
A
werkelijke productie x variabele kosten
B
opbrengst - kosten
C
constante kosten x productiecapaciteit
D
constante kosten + variabele kosten

Slide 6 - Quiz

De aanbodlijn loopt van linksboven naar rechtsonder.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Wat zou het betekenen voor de vraag- en of aanbodlijn als Nederland stopt met de gaswinning

A
aanbodlijn verschuift naar links
B
aanbodlijn verschuift naar rechts
C
vraaglijn verschuift naar links
D
vraaglijn verschuift naar rechts

Slide 8 - Quiz

Leerdoelen
  •  Je kunt met behulp van een grafiek met een vraag- en aanbodlijn het evenwicht op een markt, overschot of tekort aflezen.

  • Je kunt met behulp van de vergelijkingen van de vraag- en aanbodlijn het evenwicht op een markt, overschot of tekort berekenen.

Slide 9 - Slide

§2.3: Eenmaal, andermaal, verkocht!
  •  Concrete markt                                           Abstracte markt
              Tastbaar                                                        Niet tastbaar

       bijvoorbeeld:                                                         bijvoorbeeld:
      Dappermarkt                                                         Markt voor iPhones

Slide 10 - Slide

Marktmechanisme
                    Vragers                                       Aanbieders
                                                     =
                                                  Prijs

Vragers: Degene die een product willen kopen
Aanbieders: Degene die een product aanbieden

Slide 11 - Slide

Marktevenwicht

Op het snijpunt van de vraag- en aanbodlijn is er een marktevenwicht.

Bij het marktevenwicht hoort de evenwichtsprijs.

Bij de evenwichtsprijs hoort de evenwichtshoeveelheid.
Marktevenwicht:
Situatie op de markt waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.
Evenwichtsprijs:
De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.
Evenwichtshoeveelheid:
De gevraagd en aangeboden hoeveelheid bij de evenwichtsprijs.

Slide 12 - Slide

Marktevenwicht
Als de vraag naar een product toeneemt, dan stijgt de prijs en ook het aanbod

Als de vraag naar een product afneemt, dan daalt de prijs en daalt het aanbod

Slide 13 - Slide

Stappenplan bij het berekenen van evenwichtsprijs- en hoeveelheid:
  1. Bepaal de vraagfunctie ( = Qv)
  2. Bepaal de aanbodfunctie ( = Qa)
  3. Stel beide aan elkaar gelijk met Qv = Qa 
  4.  Los Qv = Qa d.m.v balansmethode, je hebt nu de evenwichtsprijs (= p) gevonden.
  5. Vul de evenwichtsprijs in bij de Qv formule
  6. Vul de evenwichtsprijs in bij de Qa formule
  7. Als je bij stap 5 en 6 dezelfde antwoorden hebt gevonden, dan heb je alles goed gedaan!

Slide 14 - Slide

Oefenopdracht
Je hebt de volgende twee formules:
  • Qv = - 2p + 44
  • Qa = 2p - 12


1. Bereken de evenwichtsprijs 
2. Bereken de evenwichtshoeveelheid
3. Teken een assenstelsel met op de y-as de prijs en op de x-as de gevraagde hoeveelheid.
4. Teken de berekende punten in de grafiek.

Slide 15 - Slide

Antwoord
1.  Qv = Qa         - 2p + 44 = 2p - 12       
    
2. - 2p + 44 = 2p - 12
     - 2p - 2p = - 12 - 44
      - 4p = - 56
        4p = 56
        p = 56 ÷ 4
         p = 14

3. Qv = - 2p + 44                                 of                      Qa = 2p - 12
     p = 14 invullen                                                           p = 14 invullen
     Qv = (- 2 x 14) + 44 = 16                                          Qa = (2 x 14) - 12 = 16

Slide 16 - Slide

Vraagoverschot & Aanbodoverschot
Er kan tijdelijk een vraagoverschot of aanbodoverschot ontstaan.

maar....
Uiteindelijk keert de markt weer terug naar een evenwichtsprijs.
Vraagoverschot:
Het verschil tussen vraag en aanbod als de prijs lager is dan de evenwichtsprijs.
Aanbodoverschot:
Het verschil tussen vraag en aanbod als de prijs hoger is dan de evenwichtsprijs.

Slide 17 - Slide

Oefenopdracht vervolg....
Je hebt de volgende twee formules:
Qv = - 2p + 44
Qa = 2p - 12

1. Teken/bereken de vraagoverschot bij € 13,-
2. Teken/bereken de aanbodoverschot bij € 15,-

Ter controle op je tekenwerk:
Bereken het vraagoverschot bij een prijs van 13 euro, door deze prijs in de vraagfunctie en de aanbodfunctie in te vullen. 

Slide 18 - Slide

Maken / HW
  •  Opdracht 1 t/m 12

  • Ben je klaar? Dan kan je de verdiepingsopdrachten (13 & 14) maken of beginnen aan paragraaf 1 van H6

Slide 19 - Slide

Afsluiten

Slide 20 - Slide

Paragraaf 3
Eenmaal, andermaal, verkocht!

Slide 21 - Slide

Als de prijs boven de
evenwichtsprijs ligt is
er sprake van
A
aanbodtekort
B
aanbodoverschot
C
vraagtekort
D
vraagoverschot

Slide 22 - Quiz

MARKTEVENWICHT
A
daar kruisen vraag- en aanbod lijn
B
prijs die een consument wil betalen
C
levert een producent de optimale Qa
D
betaalt de consument de optimale Prijs

Slide 23 - Quiz

Op de markt voor kopieermachines zijn vraag en aanbod als volgt:
Qv = -2P + 10
Qa = 3P – 5
Q de hoeveelheid (× 1.000) en P (de prijs in euro’s (× 1.000) weergeven.
Bereken de omzet bij marktevenwicht.

A
€ 3 miljoen
B
€ 8 miljoen
C
€ 12 miljoen
D
€ 50 miljoen

Slide 24 - Quiz

Hoe ontstaat een evenwichtsprijs?
A
Dit ligt aan de evenwichtshoeveelheid
B
Waar de vraag gelijk is aan het aanbod. hier ontstaat de prijs.
C
Dit mag de winkelier zelf bepalen.
D
Zodra het evenwicht is gevonden tussen inkomsten en uitgaven.

Slide 25 - Quiz