This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Zahlen und Uhrzeiten
Na klar! 4HV, Kapitel 3, Lektion 1
Slide 1 - Slide
Hoofdtelwoord
(Kardinalzahl)
Rangtelwoord
(Ordinalzahl)
eins
erste
einundzwangiste
dritte
hundertundfünf
Slide 2 - Drag question
www.deutsch-mit-anna.de
Slide 3 - Link
Slide 4 - Slide
Schreibe: 1, 2, 3, 4, 5
Slide 5 - Open question
Schreibe: 1., 2., 3., 20., 53.
Slide 6 - Open question
Rangtelwoord en datum
- vast voorzetsel: op = am (an dem; +3)
--> Er hat am 1. März Geburtstag. ersten
--> Ich besuche dich am 15. Februar. zwanzigsten
Rangtelwoorden worden gebruikt als bijvoeglijk naamwoord. Ze staan daarom in een bepaalde naamval en krijgen de uitgang van het bijvoeglijke naamwoord.
Slide 7 - Slide
Naamval rangtelwoord
Der achtzehnte Februar | ist | ein Dienstag.
Ich bin vom (=von dem) siebzehnten Juli bis zum (=zu dem) fünften August im Urlaub.
Slide 8 - Slide
Wir müssen nach dem 19. Februar nicht mehr zur Schule.
Slide 9 - Open question
Am (=an dem) 18. März habe ich Geburtstag.
Slide 10 - Open question
Ik begrijp de rangtelwoorden.
😒🙁😐🙂😃
Slide 11 - Poll
Slide 12 - Video
Wenn man 6 Jahre alt ist, geht man in Deutschland in die 1. Klasse.