Paragraaf 5.1 havo 3

5.1 Wat heb je nodig?
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

5.1 Wat heb je nodig?

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt aangeven wat de functie van een balans is en deze opstellen
  2. Je kunt voorbeelden geven van vaste en vlottende activa
  3. Je kunt voorbeelden geven van liquide activa 

Slide 2 - Slide

Balans?

Slide 3 - Mind map

Waarom zou je als bedrijf moeten investeren?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Balans

Slide 7 - Slide

Balans is overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen.

activa (vlottend of vast) + passiva (vreemd of eigen vermogen).

creDiteuren = betalen = Droevig / deBiteuren = krijgen = Blij!

Slide 8 - Slide

Moet een balans in evenwicht zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Hoe noemen we de rechterzijde van de balans ?
A
Liquide middelen
B
Credit
C
Debet
D
Activa

Slide 10 - Quiz

Wat zijn liquide middelen?
A
Bank en kas
B
Debiteuren, bank en kas
C
Crediteuren, hypotheek en voorraad
D
Voorraad , bank en kas

Slide 11 - Quiz

Onder welke balanspost zetten we de debiteuren
A
Vaste activa
B
Eigen Vermogen
C
Liquide middelen
D
Vlottende activa

Slide 12 - Quiz

Digitale camera's in het magazijn van de Media Markt in Nederland
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 13 - Quiz

De tankauto's van Shell die de benzine naar de benzinestations brengen
A
vaste activa
B
vlottende activa

Slide 14 - Quiz

Aan de slag
Paragraaf 5.1 opdracht 1 tot en met 10

Slide 15 - Slide