Oefentoets Kapitel 5 Lektion 1 - 6

Oefentoets 
Kapitel 5 Lektion 1 - 6

Woorden Lektion 1 t/m 6 
Zinnen Lektion 3 
Grammatica ABCDE 
1 / 51
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Oefentoets 
Kapitel 5 Lektion 1 - 6

Woorden Lektion 1 t/m 6 
Zinnen Lektion 3 
Grammatica ABCDE 

Slide 1 - Slide

A1: Übersetze die Wörter ins Niederländische

Slide 2 - Slide

das Gebäude

Slide 3 - Open question

außerdem

Slide 4 - Open question

eine Weile

Slide 5 - Open question

außer

Slide 6 - Open question

reichen

Slide 7 - Open question

die Art

Slide 8 - Open question

die Steuer

Slide 9 - Open question

im Fernsehen

Slide 10 - Open question

A2: Ergänze das richtige Wort im Satz. 

Vul het juiste woord aan in de zin. 

Slide 11 - Slide

Wähle aus: Vorteil - proben - nachfragen

Kannst du einen ........... von Schuluniformen nennen?

Slide 12 - Open question

Wähle aus: Vorteil - proben - nachfragen

Ich weiß es nicht, ich muss mal kurz ..............

Slide 13 - Open question

Wähle aus: Vorteil - proben - nachfragen

Für unser Konzert nächste Woche müssen wir noch viel .....

Slide 14 - Open question

B: Übersetze die Wörter ins Niederländische

Slide 15 - Slide

slagwerk spelen

Slide 16 - Open question

afspreken met vrienden

Slide 17 - Open question

aan sport doen

Slide 18 - Open question

gezellig

Slide 19 - Open question

ouderwets

Slide 20 - Open question

niedrig

Slide 21 - Open question

B2 Wortschatz 
Lies die Umschreibung. Notiere das richtige Wort auf Deutsch.

Slide 22 - Slide

Diese Frau ist 89 Jahre, sie ist schon sehr ....

Slide 23 - Open question

Neue Schuhe oder Klamotten kaufen

Slide 24 - Open question

C: Beantworte oder übersetze die Sätze auf Deutsch.

Slide 25 - Slide

Übersetze:
Heb je zin om vanmiddag met mij af te spreken?

Slide 26 - Open question

Übersetze:
Naar welke soort muziek luister je?

Slide 27 - Open question

Übersetze:
Ik spreek graag met vrienden af.

Slide 28 - Open question

Übersetze:
Speel je een instrument?

Slide 29 - Open question

D: Grammatik



Schreibe die Worte zwischen Klammern vom ersten Satz um in Positiv, Komparativ oder Superlativ wie vor dem Satz angegeben ist
(zoals voor de zin aangegeven is).

Beispiel: 
Ich bin (besser). 

Stellende trap 
Antwort: Ich bin gut. 

Slide 30 - Slide

vergrotende trap

Ich bin (gut).

Slide 31 - Open question

overtreffende trap

Das Gebäude ist (hoch).

Slide 32 - Open question

stellende trap

Welcher Ort liegt (am nächsten)?

Slide 33 - Open question

E Grammatik


Übersetze die Fragewörter ins Deutsche und ergänze die Sätze. 
Wähle aus:
waarom - wat – hoe – waarvandaan – waar – wie

Slide 34 - Slide

Wähle aus:
waarom - wat – hoe – waarvandaan – waar – wie

.... ist das?

Slide 35 - Open question

Wähle aus:
waarom - wat – hoe – waarvandaan – waar – wie

.... ist das? Das ist mein Freund.

Slide 36 - Open question

Wähle aus:
waarom - wat – hoe – waarvandaan – waar – wie

..... kommt er? Er kommt aus Deutschland.

Slide 37 - Open question

Wähle aus:
waarom - wat – hoe – waarvandaan – waar – wie

..... bist du zu spät? Ich habe zu lange geschlafen.

Slide 38 - Open question

F Grammatik (naamvallen) 

Übersetze die Wörter in Klammern ins Deutsche. Achte auf die Endung.
  

Slide 39 - Slide

Ich fahre mit (mijn) Fahrrad (o) zur Schule.

Slide 40 - Open question

Ich habe nichts gegen (deze) Lehrer (m).

Slide 41 - Open question

Seit (de) Weihnachtsferien (mv) bin ich endlich nicht mehr müde.

Slide 42 - Open question

G: Grammatik

Wähle das richtige Personalpronomen.

Slide 43 - Slide

Kannst du (ich/mir/mich) das Salz geben?

Slide 44 - Open question

Ich habe ein Geschenk für (er/ihm/ihn).

Slide 45 - Open question

Heute Abend treffen wir uns bei (sie/ihnen/sie) zu Hause.

Slide 46 - Open question

Jaaaa
Du hast es geschafft! 
Du bist fertig! 

Slide 47 - Slide

Nog een onderdeel lastig? 
Oefen dan verder met Versterk Jezelf Na Klar online

Slide 48 - Slide

Dat was hem. Kijk eens terug;
Bij welk onderdeel had je de minste fouten en waar de meeste?
Wat moet je nog meer oefenen?

Slide 49 - Open question

En belangrijkste: 
Heb je nog vragen? 
Stel ze dan via de chat aan mij 
(mevrouw Groot Koerkamp) :)

Slide 50 - Slide


Heel veel succes met de laatste dingen leren! 
Niet te veel stressen. 
Jullie kunnen het! :) 

Slide 51 - Slide