H4 taalverzorging meewerkend voorwerp

2C - maandag 

Welkom!
Nodig: leesboek + H4 taalverzorging grammatica


1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

2C - maandag 

Welkom!
Nodig: leesboek + H4 taalverzorging grammatica


Slide 1 - Slide

Planning
1. Opening en terugblik ~5 min 
2. Uitleg meewerkend voorwerp en opdracht 1 samen ~10 min 
3. Instructie opdrachten ~5 min 
4. Aan de slag // extra uitleg ~15 min 
5. Tijd over: debatteren 
6. Afsluiting






Slide 2 - Slide

Lesdoel
  • Je kunt het meewerkend voorwerp in een zin vinden. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat is het mv?
Het mv is vaak een persoon aan wie is wordt gegeven of verteld of dat iets voor iemand is.

Let op: pv, ow, wg en lv moet je begrijpen om de volgende stappen ook goed te kunnen doen. 

Slide 5 - Slide

Let op:
  • Als een zinsdeel met aan of voor begint en het geeft een plaats / plek / locatie aan, dan is het GEEN meewerkend voorwerp.
    --> bijv. Mijn jas hing aan de kapstop.

  • Als er GEEN  lijdend voorwerp in de zin staat, kan er GEEN meewerkend voorwerp in de zin staan. 

  • Aan wie/voor wie + werkwoordelijk gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp? Het antwoord is het meewerkend voorwerp. 

Slide 6 - Slide

Meewerkend voorwerp
Een meewerkend voorwerp komt voor in zinnen waarin iemand iets 'vertelt' (uitleggen, zeggen, enzovoort) of 'geeft' (lenen, sturen, overhandigen, enzovoort).


Tip!
Bij het meewerkend voorwerp moet je de woorden 'aan' of 'voor' toe kunnen voegen of weg kunnen laten.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Nu: Opdracht 1 samen


H4 taalverzorging grammatica: meewerkend voorwerp
blz. 106 


Slide 9 - Slide

Aan de slag // extra instructie
WAT: H4 taalverzorging meewerkend voorwerp opdracht 1 t/m 3.
HOE: Studiewijzerplus (kijk goed na!) of in je schrift. 
HULP: Theorie erbij pakken, uitlegfilmpje kijken. Vragen na de extra instructie. 
KLAAR: Lezen in je leesboek (23 april uit), trainen via Studiewijzerplus, extra oefeningen maken .

Extra hulp: Noor, Danischa, Niobe, Sem, Mathias, Lenny, Niels, Marisa, Iris en José

Slide 10 - Slide

Lesdoel behaald? Ik kan het meewerkend voorwerp vinden in een zin.
A
Ja
B
Nee
C
Soms, ik heb er nog wel moeite mee.

Slide 11 - Quiz